Aanpak van huiselijk geweld: meer begrijpen, minder beheersen

Sietske Dijkstra, eigenaar van Bureau Dijkstra, docent op de opleiding regisseur huiselijk geweld en kindermishandeling en voormalig lector huiselijk geweld en hulpverlening in de keten aan het Expertisecentrum Veiligheid van de Avans Hogeschool, promoveerde aan de Universiteit Utrecht op een onderzoek naar hoe slachtoffers betekenis geven aan geweld.

Huiselijk geweld is een veelvoorkomend probleem in Nederland. Jaarlijks telt Nederland tussen de 160.000 en 200.000 slachtoffers en 100.000 daders van huiselijk geweld. Huiselijk geweld leidt vaak tot fysieke klachten, psychische aandoeningen, isolement (door schaamte over het geweld en het fysieke letsel) bij het slachtoffer en veroorzaakt tevens hoge maatschappelijke kosten. Geweld achter de voordeur is daarmee niet alleen een privéprobleem maar ook een publieke zaak.

Container begrip

Huiselijk geweld is een paraplu, misschien wel een containerbegrip. Daaronder vallen verschillende vormen van verwaarlozing en seksueel, fysiek en psychisch geweld: kindermishandeling, partnergeweld, oudermishandeling en eergerelateerd geweld. Het bewustzijn van de nadelige gevolgen is ontegenzeggelijk gegroeid; interventies zijn ontwikkeld, tal van instellingen en beroepsbeoefenaren zijn nijver bezig.

Geïntegreerde aanpak van geweld

Het laatste decennium kregen we besef van de ernst en omvang van geweld, maar dat niet alleen. Er zijn ook schurende knelpunten: gebrek aan overzicht, moeizame samenwerking en onvoldoende afstemming. Het spreekwoordelijke wiel dat telkens weer wordt uitgevonden en discussies die worden overgedaan. Hoe kan dat eigenlijk? Waarom is het zo moeilijk om tot een echt geïntegreerde aanpak van geweld te komen en zo beter aan te sluiten bij de noden van de cliënten?

Belemmeringen en kansen

Daar is veel op te zeggen, met name over de volgende drie spanningsverhoudingen: het instellingsdenken, de hiërarchie in deskundigheid en de nadruk op de oppervlakte- en verwaarlozing van de dieptestructuur. Deze spanningen zie ik niet alleen als belemmeringen maar analyseer ik ook als kansen en richtingwijzers voor de toekomst om de aanpak te verbeteren.

Instellingsdenken

De kern van het instellingsdenken is dat je jezelf beter vindt en het dus ook beter zelf kunt doen. Met dat superieure gevoel worden deuren en vensters gesloten, groeit de onwetendheid en de verstarring. Concurrentie wordt een thema. Details worden groot, drukte en verantwoording krijgen de overhand. We hebben nauwelijks tijd, al helemaal niet om out of the box te denken. Een geïntegreerde aanpak raakt op de achtergrond. Het gevaar is dat alle instellingen hun eigen winkel (gaan) maken in plaats van een gezamenlijke buurtsuper. De vrees is dat de Centra voor Jeugd en Gezin een voorbeeld zijn van zo’n verdubbeling van structuur.

Hiërarchie in deskundigheid

De hiërarchie in deskundigheid splitst disciplines, sectoren en vakgebieden en speelt die tegen elkaar uit. Dat leidt tot statusverschillen en verschillen in cliëntgerichtheid, indicaties en in
beschikbare tijd. De ene sector wil de drempels slijten, de andere werpt ze op als contra-indicaties. Verdeeldheid, verouderde vakkennis en gefragmenteerde blikken zijn het gevolg waarbij we onderzoek te vaak overdoen.

Veel aandacht voor instrumenten en maatregelen

Protocollen, meldcodes en risicotaxatie zijn op zichzelf nuttige instrumenten. Ze krijgen pas echt hun meerwaarde als ze met verstand worden gebruikt door vakbekwame professionals. Verhoudingsgewijs krijgen kekke instrumenten en maatregelen beleidsmatig veel aandacht en vormen tezamen een pakket van eisen. De verwachtingen van de meldcode bijvoorbeeld zijn hoog gespannen en er is weinig reflectie op de onbedoelde neveneffecten en de gevolgen op termijn. Beheersen in de oppervlaktelaag staat boven investeren in kwaliteit in de dieptelaag, zo stelt ook de Engelse hoogleraar Andrew Cooper vast in zijn analyse van een geval van kindermishandeling met dodelijke afloop. Strijd om tijd is een effect van het accent op deze oppervlaktelaag van regels, controle en afrekenen. Het directe professionele handelen ligt onder vuur, de toerusting helaas veel minder. We verwachten veel van nieuwe functies en organisatorische veranderingen, maar we schenken nauwelijks aandacht aan de kwaliteit die nodig is om goed professioneel te handelen. Hoe komen we tot een diagnose, analyse, reflectie? Hoe verdiepen we onze vakbekwaamheid en kunnen we dat methodisch borgen? Hoe kan het contact met de cliënten uit de verdrukking worden gehaald?

Tot slot

Niemand heeft de wijsheid in pacht of de geïntegreerde aanpak in huis, al wordt soms ander gesuggereerd. De gemeenschappelijke visie dat deze diepte-investering erkenning en ruimte verdient is de kern van de zaak. Goede zorg vraagt aandacht, voortdurende oefening in het ambacht, methodische uitwerking en ruimte om te leren. Dat verheldert het probleemeigenaarschap, zet ons als professionals met het gezicht naar die hele brede en gevarieerde doelgroep. Het neemt, verdeelt en legt verantwoordelijkheid. Het maakt echt werk van een solide en op cliënten toegesneden aanpak, zonder zoete broodjes te bakken. Een diepte-investering in vakbekwaamheid werkt veel beter dan nieuwbakken functies. Laten we eveneens de instellingen kritisch snoeien. Zij zijn evenals de professionele functies altijd middel, geen doel. Het maakt echte groei geloofwaardig en instellingsmuren overbodig.

Meer weten?
Op de opleiding regisseur huiselijk geweld en kindermishandeling leert u hoe u samen met uw partners komt tot een geïntegreerde aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling in uw gemeente?

Bron: www.sietske-dijkstra.nl  

Over Frank van Summeren

Congres- en opleidingsmanager veiligheid bij het Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid.

Bekijk ook

🎧 Podcast: Van de straat naar online – #politie_frans op TikTok

Beluister de podcast met Frans Luijten, social media regisseur bij de politie. Hij deelt hierin zijn …

èèn Reactie

  1. …..en….last but not least….verschuilen zij, die hun krachten geïntegreerd zouden moeten bundelen, zich achter hun privacyprotocollen en toestemmingsverklaringen.

    Een beknopt, helder en triest relaas mijnheer Dijkstra.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *