Een groter Europees handelingsvermogen is noodzakelijk om ook in de toekomst de veiligheid van Europa te verzekeren. De verslechterde veiligheidssituatie en de geopolitieke context vragen daarom, zeker ook tijdens Covid-19. De bouwstenen voor een meer ambitieuze defensiesamenwerking binnen de Europese Unie liggen klaar.
Dat zegt het kabinet vandaag in reactie op de onlangs verschenen evaluatie van het Gemeenschappelijk Veiligheids- en Defensiebeleid (GVDB) van de Europese Unie door de directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie (IOB) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
Minister Blok van Buitenlandse Zaken: “We moeten het Gemeenschappelijk Veiligheids- en Defensiebeleid (GVDB) van de Europese Unie de komende jaren meer handen en voeten gaan geven. De veiligheid van Europa staat immers onder druk. Door meer in te zetten op defensiesamenwerking binnen de EU versterken we juist ook de NAVO, het is niet of-of maar en-en”.
Het veiligheids- en defensiebeleid van de EU is de laatste jaren in een stroomversnelling terecht gekomen. Het krijgt ook een prominente plaats in de Defensievisie 2035 die op 15 oktober jl. werd gepresenteerd. Maar de kloof tussen ambitie en realiteit blijft te groot. Door nog meer in te zetten op samenwerking met onze Europese partners, kunnen we de vruchten van schaalvoordelen en verdere taakspecialisatie plukken.
Minister Bijleveld van Defensie: “We moeten onze defensieplannen beter gaan coördineren. We moeten gebruik maken van het Europees Defensiefonds (EDF) en de Permanente Gestructureerde Samenwerking (PESCO) om de belangrijkste militaire capaciteitstekorten weg te werken. De EU heeft ook de commandostructuren nodig om ambitieuzere missies te plannen en aan te sturen. Uiteindelijk gaat het om een fair share bijdrage aan zowel de EU als de NAVO. Daar wil het kabinet stap voor stap aan bijdragen.”
De evaluatie van de IOB bevat een aantal waardevolle aanbevelingen voor de Ministeries van Buitenlandse Zaken en Defensie, om er voor te zorgen dat Nederland ook in de toekomst een constructieve en invloedrijke rol blijft spelen in de vormgeving van het GVDB. Zo zullen de ministeries meer tijd en middelen gaan investeren in strategische reflectie en overleg, in communicatie en outreach.
Minister Blok: “Om de veiligheid van Europa ook in de toekomst te garanderen, zijn grote investeringen nodig. Dat vraagt een langdurig politiek en budgettair commitment. Daar wil ik mij samen met de Minister van Defensie voor blijven inspannen.”
Meer weten?
- Tijdens de opleiding Beleidsmedewerker Openbare Orde en Veiligheid leer je een lokaal integraal veiligheidsbeleid opstellen voor jouw gemeente.
- Tijdens de cursus Wet- en regelgeving in Openbare Orde en Veiligheid leer je van experts wat de (nieuwe) wetten op openbare orde en veiligheid betekenen voor jouw uitvoeringspraktijk.
- Tijdens de opleiding Integriteitscoordinator in het publieke domein leer je hoe jouw organisatie voldoet aan de wettelijke en basisnormen integriteit waaraan alle overheidsinstanties zich moeten houden.
- Tijdens de cursus Waarheidsvinding leer je de goede vragen stellen en de juiste antwoorden krijgen.
- Tijdens de opleiding bibob coördinator leer je hoe je de wet Bibob toepast in jouw gemeente.
- Tijdens de jaaropleiding Integrale aanpak van ondermijning leer je hoe je verantwoording aflegt over de aanpak van ondermijning in jouw regio.
- Tijdens de cursus Bestuurlijke aanpak van ondermijning leer je hoe je voorkomt dat criminele organisaties zich vestigen in jouw gemeente.
- Tijdens de opleiding Inzicht in de Criminologie leer je wat de verschijningsvormen, oorzaken en gevolgen zijn van criminaliteit en hoe je deze waar mogelijk voorkomt en waar nodig aanpakt.
- Tijdens de opleiding procesregisseur personen met verward gedrag leer je hoe je de opvang en hulpverlening voor personen met verward gedrag organiseert in jouww gemeente.
- Tijdens de opleiding coördinator nazorg ex-gedetineerden leer je hoe je komt tot een sluitende aanpak van ex-gedetineerden in jouw gemeente.
- Tijdens de opleiding Wijk- en gebiedsmanager wordt aan de hand van zowel theorie als praktijkvoorbeelden uiteengezet hoe een strategie die zich richt op gedragsverandering richting verduurzaming niet los gezien kan worden van een participatiestrategie gericht op de wijk.