Ondermijning lijkt iets van de laatste tijd, maar het liedje van Willeke Alberti over ‘Ome Jan’ laat zien dat ondermijning van alle tijden is. Het liedje stamt uit 1994 en geeft het alledaagse hiervan goed weer. Aan de hand van de songtekst wordt het geillustreerd:
Iedereen was blij als ome Jan weer was geweest
Mijn moeder had een broertje, dat was mijn ome Jan
En elke zondagmiddag kwam die altijd effe an
Hij hield niet van familie, van kind’ren hield ‘ie wel
Hij bleef z’n hele leven ’n echte vrijgezel
Ik kreeg van ome Jan ineens m’n allereerste fiets
Hij zei “die is voor jou, mop” en verdween weer in het niets
Thuis was ’t echt geen vetpot, ’t was altijd feest
Want iedereen was blij als ome Jan weer was geweest
Ome Jan denkt niet alleen aan zichzelf maar geeft het geld graag aan zijn nichtje en de rest van de familie, waardoor iedereen blij met hem is. Ondermijning is dus niet zozeer de georganiseerde criminaliteit zelf, maar het maatschappelijke effect ervan.
En niemand leek te weten hoe hij aan die centen kwam
Want we gingen op vakantie van het geld van ome Jan
En niemand leek te weten hoe die aan die centen kwam
Dat kon ons weinig schelen dus we namen het ervan
Niks te klagen
Niet naar vragen
Wat hebben we plezier gehad van ome Jan z’n geld
En daarom was ook iedereen enorm op hem gesteld
En waar hij ’t vandaan had heeft nog niemand ons verteld
O die lieve ome Jan!
Niemand leek te weten hoe Ome Jan aan die centen kwam, maar het kon ook niemand iets schelen omdat ze het ervan konden nemen door hem. Dit is vaak ook precies het probleem waarom mensen er geen melding van doen; ze hebben er op een bepaalde manier zelf baat bij en zien er ook het kwaad niet zo van in.
’t werd een raadsel hoe Ome Jan dat had gedaan
Toen ik wat ouder werd kreeg ik al snel een baan
En ’t werd voor mij een raadsel hoe m’n oom dat had gedaan
Hij had geen baan of erfenis en zat maar voor de buis
Dat zag ik als ik langs reed, op weg van werk naar huis
’t Viel me op dat ome Jan zich toch wel vreemd gedroeg
Je zag hem nooit met vrienden of gezellig in de kroeg
Hij kwam steeds minder vaak, maar het was altijd prijs
Want als ‘ie dan ook langs kwam, dan konden we op reis
Het valt mensen wel op dat het vreemd is dat Ome Jan zo makkelijk aan zijn geld komt en dat hij zich soms vreemd gedraagt, maar dat nemen ze voor lief omdat de familie altijd op reis kon als Ome Jan is geweest.
Stalen tralies tussen ome Jan en mij
Nu heb ik maanden niets gehoord en ben naar hem op zoek
Ik vind ‘m in een kamertje, verloren in een boek
En dan vertelt ‘ie zijn verhaal, onthult ‘ie zijn geheim
Hoe die ’t voor mekaar kreeg, zo’n goeie oom te zijn
Wanneer ik ‘m vertel dat ik echt heel veel van ‘m hou
Krijgt ‘ie tranen in z’n ogen en hij toont opeens berouw
’t Wordt wel even wennen voor ons allebei
Aan die stalen tralies tussen ome Jan en mij
Aan het eind van het liedje blijkt Ome Jan toch gepakt te zijn en dit is het doel van de aanpak tegen ondermijning. We moeten blijven laten zien hoe groot het maatschappelijke probleem is. Alleen dan voelt iedereen de noodzaak om de inzet tegen ondermijning te vergroten en alle Ome Jans achter de tralies te krijgen.
Meer weten?
- Op de cursus Bestuurlijke aanpak van ondermijning leer je hoe je voorkomt dat criminele organisaties zich vestigen in jouw gemeente.
- Op het congres Ondermijning en georganiseerde criminaliteit ontmoet je alle ketenpartners die betrokken zijn in de aanpak tegen ondermijning.