Door: Marnix Norder, Aedes
Een brede samenwerking op lokaal en regionaal niveau is de beste manier om de woningmarkt voor te bereiden op de vraag uit 2030. Dat vindt Marnix Norder , voorzitter van Aedes. Norder is een van de sprekers tijdens het Nationaal Woning Congres van Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid op 7 december 2017. In aanloop naar het congres stelden we hem enkele vragen.
Hoe kunnen we de woningsector beschikbaar, betaalbaar en betrouwbaar houden?
Aedes heeft een woonagenda opgesteld met vier even belangrijke componenten: meer bouwen, duurzaamheid, betaalbaarheid, en wonen met zorg. In deze combinatie ligt de meerwaarde van de corporaties. De componenten zitten elkaar weleens in de weg: investeringen in nieuwbouw, duurzaamheid, en betaalbaarheid kosten allemaal geld.
De uitdagingen verschillen sterk per regio. In veel grote steden ligt de nadruk op meer bouwen. Andere woningcorporaties zitten in krimpregio’s met een veel kleinere bouwopgave. Op sommige plekken is verduurzaming een nieuwe vraag. In het ene gebied kun je nul-op-de-meter eengezinswoningen bouwen en zo naar een duurzame woningvoorraad toe groeien, in het andere gebied betekent verduurzaming: verduurzaming van de stadsverwarming. En laten we niet vergeten dat ook het gemiddeld inkomen per huishouden, erg wisselt per regio. Om te weten wat ‘betaalbaar wonen’ is, moet je de omstandigheden van de regio kennen. Woningcorporaties zijn regionaal ingericht, en zijn hier goed op toegerust. Daarom heb ik bepleit om ruimte aan corporaties te geven zodat ze hun eigen route kunnen bepalen om de Parijse klimaatafspraken te gaan waarmaken. Ik geloof dat er veel kracht bij corporaties aanwezig is, met een eigen plan gaan zij verder verduurzamen.
Hoe kunnen de sociale woningsector en de vrije sector samenwerken?
Die samenwerking kan veel beter. In het verleden kwamen corporaties soms te veel op het domein van de markt. Met wet- en regelgeving ontstond sfeer van ‘ze bouwen zoveel mogelijk’. En dat werkte niet goed. Nieuwbouwprestaties werden teruggeschroefd en duurzaamheidsmaatregelen werden getemporiseerd. Met als gevolg dat het tempo is weggevallen. We moeten naar een nieuwe balans tussen markt en corporaties. Er zijn afspraken nodig om het elan terug te brengen. De huidige wet- en regelgeving is daarin nog te beperkend voor corporaties.
Wat moet de rol van de overheid zijn?
De centrale overheid regelt nu teveel en te gedetailleerd. Wij willen terug naar een systeem waarbij goede stichtingsbesturen door de overheid worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid. Dat vereist goed bestuur, goede controles. En dan moet er terughoudend getoetst worden.
Gemeenten ontdekken deze rol steeds beter. Ze houden zich naar mijn smaak nog wat teveel bezig met ruimtelijke ordening en volkshuisvesting, en te weinig vanuit de woon-met-zorg benadering. Als je nadenkt over de doelgroepen voor wie wordt gebouwd, hoort niet alleen de beleidsmedewerker wonen aan tafel. Maar ook de ambtenaren met verstand van wat de beoogde bewoners nodig gaan hebben aan zorg bijvoorbeeld.
Welke rol zouden bewoners kunnen vervullen?
Bewoners zijn heel belangrijk. We willen ze betrekken bij verduurzaming. Samen met hen kunnen we de omgeving optimaliseren. En ook in de besluitvorming kun je ze meenemen. Door nieuwe apps kunnen we bewoners van een complex makkelijker met elkaar verbinden, en informatie delen. Met die nieuwe communicatievormen wordt volop geëxperimenteerd.
Hoe ziet volgens u de woningmarkt eruit in 2030?
Op de vier componenten gaat veel veranderen. Op het gebied van de betaalbaarheid zullen we meer gaan bouwen vanuit projecten, richting 2030 moet dat meer continu een stroom worden. We moeten naar de trend dat elke renovatie vanzelfsprekend ook een verduurzaming is. Beschikbare technieken moeten op vele plaatsen worden toegepast. En ook de bouwopgave en verduurzaming gaan hand in hand.
Het maatwerkwonen – voor mensen die meer nodig hebben dan een dak boven hun hun hoofd – is nu op veel onderdelen nog ondermaats. De regie ligt bij gemeentes maar partners vinden elkaar te weinig. Het gevolg is dat een mevrouw Jansen kan vereenzamen achter de geraniums, ook al is haar situatie bekend bij de omgeving. Voor 2030 willen we haar laten meedoen met hulp van vrijwilligers, activiteiten en de spreekwoordelijke buurvrouw. Laten er processen ontstaan waarbij er voor mensen met een welzijns- en zorgvraag, ook antwoorden zijn. Nu bestaan de antwoorden wel, maar bereiken ze de vrager niet.
Wat zijn volgens u noodzakelijke randvoorwaarden om dit te bereiken?
Om dit te bereiken is erkenning nodig op al deze vier onderwerpen. En ook afspraken met de stakeholders over hoe we die gaan bereiken, en samenwerking.
Nationaal Woning Congres | 7 december 2017
Hoe maken we de woningsector toekomstbestendig? Tijdens het Nationaal Woning Congres brengen wij alle stakeholders bij elkaar om gezamenlijk te kijken naar de kansen en uitdagingen die er liggen, zowel in de huidige markt als de toekomstige.