Artikel door Theo klungers, pestdeskundige bij Posicom
Met verve hebben staatssecretaris Dekker en Kinderombudsman Dullaert werk gemaakt van de anti-pestwet en het wetenschappelijk laten keuren van anti-pestprogramma’s door het NJI. De directe aanleiding was een aantal tragische zelfmoorden onder tieners omdat ze werden gepest. Naast anti-pestprogramma’s werden ook SOVA-programma’s beoordeeld. Oorspronkelijk stond in het concept van de anti-pestwet dat scholen alleen een programma mochten gebruiken, die voorlopig goedgekeurd was. Dit is later onder druk van het onderwijsveld uit de wet gehaald, omdat scholen zelf willen kiezen.
Enige tijd geleden kwam dagblad “Trouw” met een artikel over het gebruik door scholen van niet voorlopig goedgekeurde anti-pestprogramma’s. De Kinderombudsman reageerde hierop in het TV-programma Jinek.
Pesten voorkomen en aanpakken vergt goed onderwijs. Wat dat betreft ben ik het helemaal met hoogleraar pedagogiek Micha de Winter eens. Goed onderwijs, leerlingen elkaar laten leren waarderen, elkaar laten helpen, leren accepteren dat iedereen anders is, daar draait het om. Een goed programma kan dan een zinvolle aanvulling zijn. Meer ook niet. Zelfs het meest effectieve programma lost nog niet de helft van pestproblemen op!! Het is geen wondermiddel, zeker als na een uurtje “anti-pesten” in de week met de kinderen weer overgegaan wordt tot de orde van de dag.
Leerlingen werkelijk helpen tegen pesten is zorgen dat iedere leerling relaties kan en mag aangaan, zich competent voelt en autonoom is. Door deze drie “dingen” word je gelukkig, zeker als je dit ook de ander gunt. En als je je echt prettig voelt ga je minder gauw pesten en bouw je vriendschappen op, hetgeen weer een goede bescherming tegen pesten is.
Daarnaast is het belangrijk dat leerlingen goed leren omgaan met conflicten oplossen en in dit proces begeleid worden door volwassenen in de school (of oudere leerlingen). Het empatisch vermogen wordt hiermee enorm geoefend is mijn ervaring. En iemand die empatisch is, zal minder tot niet pesten. En uitgesproken conflicten zorgen voor een tevreden gevoel, terwijl niet uitgesproken ruzies kunnen leiden tot wrokgevoelens, pestgedrag en/of angstig gedrag.
Verder zal in een school tussen de volwassenen een goede werksfeer moeten heersen om pesten curatief en vooral preventief aan te pakken. De volwassenen creëren hiermee een welkomstachtige sfeer in het gebouw en geven het goede voorbeeld in de omgang met elkaar. Ook heeft een goede sfeer baat bij ouders en leraren, die respectvol met elkaar omgaan en lol met elkaar hebben. Leerlingen genieten van ouders en leraren die lachen met elkaar.
De kijk van de leraar en alle andere schoolmedewerkers moet m.i. dus niet alleen gericht zijn op hoe we pesten voorkomen, maar vooral gericht zijn op hoe we een situatie creëren, die voldoet aan de behoefte aan competentie, autonomie en het hebben van vriendelijke relaties. Een goede methode (wel of niet goedgekeurd) kan dan een zinvolle bijdrage zijn, maar is beslist niet de hoofdzaak.
Meer informatie?
Tijdens de cursus Anti-pestcoördinator wordt u klaar gestoomd als Anti-pestcoördinator voor uw school, een rol die verplicht is gesteld door staatssecretaris Dekker. U gaat naar huis met praktische tools om de volgende dag collega’s en leerlingen te helpen.