Prinsjesdag: wat zijn de plannen op veiligheid van de regering?

Wat zijn de plannen van de regering op het terrein van veiligheid voor het komende jaar? Het Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid zette de belangrijkste ontwikkelingen op het terrein van veiligheid voor u op een rij.

Aanpak ondermijning krijgt stevige nieuwe impuls

De productie van en handel in drugs, mensenhandel, witwassen, financieel-economische criminaliteit… Stuk voor stuk vormen van zware, georganiseerde criminaliteit, die een ontwrichtende en ondermijnende werking hebben op de samenleving. De aanpak van ondermijning krijgt de komende jaren een stevige nieuwe impuls. Met een brede coalitie van partijen, binnen én buiten de overheid, gaat JenV deze vormen van criminaliteit in 2019 en volgende jaren intensief aanpakken, aan de hand van de Toekomstagenda Ondermijning.

Deze Toekomstagenda, tot stand gekomen in nauw overleg met alle betrokken – publieke én private – partners, maakt een brede en krachtige aanpak mogelijk. Extra financiële middelen moeten JenV en partners in staat stellen de stevige ambities waar te maken: een éénmalig Ondermijningsfonds van 100 miljoen euro en structureel 10 miljoen euro extra. Met deze ruimere middelen kan elke regio een gerichte aanpak op maat ontwikkelen, op basis van het eigen regionale integrale ondermijningsbeeld. Het departement faciliteert en ondersteunt hen hierbij.

Bij die aanpak lopen de professionals in de uitvoering nu vaak nog aan tegen (juridische) knelpunten. Om deze uit de weg te ruimen, werkt JenV momenteel aan een “Ondermijningswet” – een verzamelnaam voor meerdere wetsvoorstellen, die alle tot doel hebben de aanpak van de ondermijning te versterken. Hieronder vallen onder meer:

  • Het wetsvoorstel om de maximale straf voor leden van een criminele organisatie fors te verhogen: van zes naar tien jaar.
  • Het wetsvoorstel Gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden, dat het delen van informatie in samenwerkingsverbanden moet vergemakkelijken.
  • Ruimere mogelijkheden voor burgemeesters om een woning te sluiten.
  • Verruiming van de mogelijkheden van bestuursorganen om zelfstandig onderzoek te doen in het kader van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob).
  • Ook komen straks alle aanbestedingen te vallen onder de Wet Bibob en er komen meer mogelijkheden om Bibob toe te passen bij vastgoedtransacties.

Bij hun acties om de zware criminaliteit een halt toe te roepen, krijgen (lokale) bestuurders nogal eens te maken met bedreigingen en intimidatie door Outlaw Motor Cycle Gangs. Om hier paal en perk aan te stellen, werken JenV en partners aan ruimere mogelijkheden om dit soort criminele motorbendes te verbieden. Zo moet een initiatiefvoorstel van de Tweede Kamer een verbod langs bestuurlijke weg mogelijk maken.

Al deze ontwikkelingen, in hun samenhang, zullen in 2019 leiden tot een aanzienlijke versterking van de integrale aanpak en de slagkracht in de strijd tegen de georganiseerde, ondermijnende criminaliteit.

Meer weten?

Succesvolle aanpak High Impact Crimes voortgezet

JenV en partners zetten de succesvolle aanpak van High Impact Crimes (HIC in 2019 voort. Deze integrale aanpak leidde de afgelopen jaren al tot een forse afname van overvallen, woninginbraken, straatroof en geweld. De aanpak wordt volgend jaar nog uitgebreid met trajecten die specifiek zijn gericht op (potentiële) plegers van HIC-delicten.

Sinds de start van de HIC-aanpak in 2010 zijn de aantallen overvallen, woninginbraken, straatroof en geweld al met tientallen procenten afgenomen tot een historisch laag niveau. Ook neemt de recidive onder daders van HIC-delicten af; het sterkst onder overvallers. En de daling zet nog steeds door. In de eerste helft van dit jaar registreerde de politie opnieuw minder HIC-delicten. Zo nam het aantal woninginbraken met 17 procent af tot 20.548 en het aantal geweldsdelicten daalde met 7 procent  tot 35.832. Ook vonden er in de eerste zes maanden van 2018 minder overvallen en straatroven plaats: respectievelijk 550 (-2 procent) en 1687 (-4 procent).

Het succes van de HIC-aanpak zit ‘m vooral in de nauwe samenwerking tussen alle betrokken publieke en private partners. Uiteenlopende partijen als het Ministerie van JenV, gemeenten, politie, OM, reclassering, veiligheidshuizen, andere ministeries, VNO-NCW, Detailhandel Nederland, Verbond van Verzekeraars, Marktplaats, banken, gsm-providers en woningcorporaties weten elkaar uitstekend te vinden en te versterken.

De mooie resultaten die deze samenwerking oplevert, vormen een sterke stimulans om ook in 2019 dóór te gaan op de ingeslagen weg. JenV blijft gemeenten ondersteunen bij hun HIC-aanpak en faciliteert politie en OM bij de opsporing en vervolging. Ook blijft JenV preventie door burgers en bedrijven stimuleren en maatregelen nemen om de afzetmarkt voor gestolen goederen te frustreren. Nieuw in 2019 zijn drie trajecten, die zich specifiek richten op (potentiële) plegers van HIC-delicten: vroegsignalering, arbeidstoeleiding en probation officer. Ook vindt in 2019 een verdere uitrol plaats van de gedragsinterventie Alleen jij bepaalt wie je bent. Deze helpt en ondersteunt kwetsbare jongeren bij het vinden van een zinvolle vrijetijdsbesteding, die hen regelmaat en discipline bijbrengt.

Meer weten?

Versterking weerbaarheid tegen terrorisme en ongewenste buitenlandse beïnvloeding

Extra inzet op preventie, aanvullende inzet op deradicalisering, versterking van de digitale weerbaarheid en verdere verbetering van de internationale samenwerking en informatie-uitwisseling. Dat zijn de belangrijkste accenten bij de integrale aanpak van extremisme en terrorisme in 2019. Voor deze intensivering zijn structureel extra middelen vrijgemaakt, ter grootte van 13 miljoen euro.

Uit de meest recente Dreigingsbeelden Terrorisme Nederland blijkt dat de dreiging uit jihadistische hoek voor Nederland nog steeds de belangrijkste terroristische dreiging voor Nederland vormt. Hoewel het fysieke “kalifaat” van ISIS uiteen is gevallen, blijft de terroristische organisatie voortbestaan en het jihadistische gedachtengoed verspreiden. Daarnaast moeten JenV en partners rekening houden met de mogelijkheid van geweld door – bijvoorbeeld – rechts- of links-extremistische personen of groepen. Het is dus noodzakelijk om de aanpak van terrorisme en de weerstand tegen dit soort dreigingen, zoals die in de afgelopen jaren is opgebouwd, op orde te houden en deze waar nodig te actualiseren en aan te passen.

De huidige Nederlandse terrorismeaanpak is eind 2017 opnieuw vastgesteld langs de lijnen van de Nationale Contraterrorisme-Strategie 2016-2020. Deze integrale aanpak is vooral gericht op:

  • Het tijdig zicht krijgen op en duiden van (potentiële) dreigingen in of tegen Nederland en de Nederlandse belangen in het buitenland;
  • Het voorkomen en verstoren van extremisme en terrorisme en het verijdelen van aanslagen;
  • Bescherming van personen, objecten en vitale processen tegen extremistische en terroristische dreigingen, zowel fysiek als online;
  • En voor het geval er toch extremistisch of terroristisch geweld plaatsvindt: zorgen dat we optimaal zijn voorbereid op een dergelijke aanslag en de gevolgen daarvan.

In 2019 zal het accent hierbij liggen op de volgende acties:

  • Extra inzet op preventie, om pro-actief te kunnen inspelen op de veranderingen binnen de jihadistische beweging
  • Aanvullende inzet op deradicalisering en re-integratie. Dit niet alleen vanwege de (verwachte) terugkeer van jihadstrijders (en hun kinderen) uit het kalifaat, maar ook om de “home grown” radicalisering van ingezetenen in Nederland tegen te gaan.
  • Versterking van de digitale weerbaarheid en de aanpak van online extremistische uitingen, zoals jihadistische propaganda.
  • Verdere versterking van de internationale samenwerking en uitwisseling van informatie. Dit laatste blijft cruciaal voor een succesvolle aanpak van dit fenomeen, dat tenslotte een grote internationale dimensie kent.

In 2019 werken JenV en partners, onder coördinatie van de NCTV, ook verder om Nederland weerbaarder te maken tegen dreigingen van statelijke actoren. Als gevolg van de verslechterde geopolitieke veiligheidssituatie, mengen statelijke actoren zich ook steeds vaker ongewenst met de gang van zaken in Nederland. Bijvoorbeeld door beïnvloeding van bevolkingsgroepen met een migratieachtergrond. Ook maken ze in toenemende mate gebruik van methodes als het verspreiden van desinformatie en het nemen van strategisch-economische maatregelen – al dan niet in combinatie met elkaar: zogenoemde “hybride conflictvoering” – om hun doelstellingen te bereiken.

Om deze ongewenste buitenlandse inmenging tegen te gaan is het zaak om signalen van beïnvloeding structureel en snel bijeen te brengen en te delen met (andere) rijks- en lokale partijen. In geval van incidenten treden deze partijen ook gezamenlijk op. Eind 2019 moet Nederland beschikken over een instrumentarium waarmee de rijksoverheid en vitale infrastructuur beter beschermd kunnen worden tegen (de gevolgen van) ongewenste overnames en investeringen. Ook wordt ons land weerbaarder gemaakt tegen hybride conflictvoering, onder meer door een betere bewustwording van dit soort dreigingen binnen de overheid en door een betere informatie-uitwisseling.

Meer weten?

Sancties beter en effectiever uitgevoerd

2019 wordt een belangrijk jaar voor het programma Uitvoeringsketen Strafrechtelijke Beslissingen (USB). Op 1 januari 2020 moeten alle partners in de executie van de strafrechtketen klaar zijn om sancties, conform de wet USB, tijdig, persoonsgericht en juist uit te voeren.

“Onvindbare” veroordeelden worden actief opgespoord, ook als ze over de grens zijn vertrokken. Het programma Onvindbare Veroordeelden bevat daartoe een stevig pakket aan maatregelen, waarbij JenV nauw samenwerkt met verschillende (overheids)partners. Zo kan een veroordeelde die gesignaleerd staat straks worden aangehouden, als hij aanklopt bij de gemeente voor een paspoort, rijbewijs of een uitkering. Ook gaat JenV, in samenwerking met kennisinstituten, gebruikmaken van verschillende methodes van (big) data-analyse, om informatie te achterhalen over vermoedelijke verblijfplaatsen van de gesignaleerde veroordeelde.

In 2019 gaan JenV en partners ook uitvoering geven aan de beleidsvoornemens uit het visiedocument Recht doen, kansen bieden, om te komen tot een effectievere uitvoering van gevangenisstraffen. Straffen die enerzijds bijdragen aan vergelding (voor het slachtoffer en de samenleving als geheel) en die tegelijkertijd bijdragen aan een veiliger samenleving. Dat kan, als de sanctie ook goed wordt benut om te werken aan de problematiek van te dader. Dit kan het risico op herhaling van het criminele gedrag – en dus op nieuwe slachtoffers – verkleinen. Daarom gaat JenV steviger inzetten op het terugdringen van de recidive. Via een persoonsgerichte aanpak krijgt de gedetineerde de juiste zorg, behandeling of begeleiding, maar de nadruk ligt hierbij ook op zijn of haar eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid.

Tegelijkertijd komt er een brede, fundamentele verkenning naar het stelsel van (volwassenen)reclassering. Ook komen er pilots met de inzet van vrijwilligers binnen het reclasseringstoezicht en het gevangeniswezen. Eind 2019 moet dit leiden tot een toekomstvisie op de reclassering. Voor vermindering van recidive is in het Regeerakkoord een extra bedrag gereserveerd, oplopend tot 20 miljoen euro in 2020 en volgende jaren.

In 2019 gaat ook het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer om de detentiefasering en de voorwaardelijke invrijheidsstelling (VI) te wijzigen. Gedetineerden komen straks niet meer “automatisch’ vrij, na twee derde van hun straf te hebben uitgezeten. Per gevangene wordt dan individueel bekeken of deze in aanmerking komt voor VI. Het gedrag in de detentie speelt daarbij een belangrijke rol. Ook wil JenV de periode van VI voortaan beperken tot maximaal twee jaar.

Meer weten?

Positie slachtoffer verder versterkt

In 2019 werkt JenV aan verdere verbetering van het slachtofferbeleid,. Dit gebeurt aan de hand van de Meerjarenagenda Slachtofferbeleid. In deze meerjarenagenda, die minister Dekker begin dit jaar naar de Tweede Kamer stuurde, staan drie ambities centraal: versterking van de rechtspositie, verbetering van de bejegening en verruiming van de mogelijkheden om de schade te verhalen.

De rechtspositie van het slachtoffer wordt onder meer versterkt doordat verdachten van gewelds- of zedenmisdrijven straks verplicht zijn om bij de behandeling van hun zaak aanwezig te zijn. Zo wordt een slachtoffer dat gebruik maakt van het spreekrecht en vertelt hoe groot de impact is die het delict op zijn leven heeft gehad, ook echt gehoord. Verder wordt het spreekrecht landelijk uniform geregeld en krijgen slachtoffers (of nabestaanden) ook een vorm van spreekrecht op de zitting waarop de rechter besluit over de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging bij tbs.

Om de bejegening van slachtoffers te verbeteren, is het zaak dat professionals in de strafrechtketen de belangen van het slachtoffer steeds goed voor ogen hebben. Zo gaan het OM en Slachtofferhulp Nederland slachtoffers actiever en persoonlijker begeleiden vóór en tijdens het strafproces. Ook start in 2019 een proef met het ketenbrede informatieportaal, waar slachtoffers op elk gewenst moment informatie kunnen vinden over hun zaak – afkomstig van politie, OM, Slachtofferhulp Nederland, het Schadefonds Geweldsmisdrijven en het CJIB.

Verder krijgen slachtoffers ruimere mogelijkheden om de schade te verhalen. Onder meer door civiele expertise in te zetten en verzekeraars te betrekken bij de schadeafhandeling. De Wet affectieschade, die het vorderen van affectieschade voor slachtoffers (onder wie ook stiefkinderen) mogelijk maakt, treedt op 1 januari 2019 in werking. Deze wet zorgt voor erkenning van het verdriet dat ook naasten van slachtoffers lijden, als het slachtoffer komt te overlijden, of ernstig en blijvend letsel ondervindt door de fout van een ander. De wet maakt het ook mogelijk dat naasten van slachtoffers van strafbare feiten de vordering tot vergoeding van affectieschade kunnen verhalen binnen het strafproces.

Meer weten?

Aan de slag met de Integrale Migratieagenda

JenV en partners gaan in 2019 volop aan de slag om de Integrale migratieagenda in de praktijk te realiseren. Hoewel een aantal voornemens uit de agenda afhankelijk zijn van de hervorming van het gemeenschappelijk Europees asielstelsel, verwacht staatssecretaris Harbers op onderdelen al spijkers met koppen kunnen te slaan.

Zo moeten er in 2019 al flinke stappen zijn gezet op weg naar een gestroomlijnd en vlot verlopend identificatie- en registratieproces in de asielprocedure. Ook moet sneller duidelijk zijn wat de kansen zijn op inwilliging van een asielverzoek en welk vervolgtraject nodig is. Naar verwachting is eind 2019 ook het Vreemdelingenbesluit aangepast, zodat er geen gehoor meer hoeft te worden afgenomen bij evident kansloze herhaalde asielaanvragen. Samen met andere maatregelen moet dit leiden tot een snellere afhandeling van herhaalde aanvragen.

Het samenbrengen van alle partners in de asielketen onder één dak, in Gemeenschappelijke Vreemdelingen Locaties (GVL), zoals in Ter Apel, moet leiden tot snellere en betere samenwerking. Ook dit draagt in belangrijke mate bij aan de gewenste verkorting en betere beheersing van de doorlooptijden in het (nieuw ontworpen, flexibelere en efficiëntere) asielproces. Het COA is bezig met een aantal gemeenten bestuursovereenkomsten te sluiten voor de vestiging van dit soort gemeenschappelijke locaties.

Samen met andere departementen werkt JenV aan plannen om te komen tot betere samenwerking met enkele als veilig beschouwde landen waar veel asielzoekers vandaan komen. Doel van deze samenwerking (onder andere met Algerije, Tunesië, Marokko, Egypte en Guinee) is de terugkeer te versoepelen van uitgeprocedeerde asielzoekers en andere categorieën migranten die geen verblijfsrecht in Nederland (meer) hebben.

Voor vreemdelingen zonder recht op verblijf gaat JenV, samen met de gemeenten, een netwerk van 8 Landelijke Vreemdelingen Voorzieningen (LVV’s) opzetten. In deze LVV’s krijgen uitgeprocedeerde vreemdelingen tijdelijk onderdak en worden ze begeleid naar een duurzame oplossing.

Om te bevorderen dat er meer kennismigranten naar Nederland komen, werkt JenV aan kortere, eenvoudigere toelatingsprocedures en een betere elektronische dienstverlening. Internationale talenten kunnen makkelijker aan de slag bij startups.

Het nationaliteitsrecht wordt gemoderniseerd. Zo krijgen nieuwe (eerste generatie) immigranten én emigranten ruimere mogelijkheden om meerdere nationaliteiten te bezitten. Voor volgende generaties komt er een verplicht moment waarop zij moeten kiezen, met als resultaat het behoud van niet meer dan één nationaliteit.

Meer weten?

  • Op de opleiding beleidsadviseur integratie en diversiteit leert u hoe u ervoor zorgt dat (nieuwe) bewoners integreren en participeren in de samenleving met behoud van hun eigen identiteit en gebruiken zonder dat zij te maken krijgen met discriminatie en polarisatie.

Werken aan een digitaal weerbaar Nederland

De overheid gaat in 2019 stevig inzetten op de uitwerking van de Nederlandse Cyber Security Agenda (NCSA). Dit alles om ervoor te zorgen dat de digitale weerbaarheid van Nederland wordt vergroot en ons land de grote economische en maatschappelijke kansen die de digitalisering biedt op een veilige manier kan verzilveren.

Dat laatste is niet vanzelfsprekend. Zo laat het meest recente Cyber Security Beeld Nederland zien dat de omvang en ernst van de dreigingen in het digitale domein nog altijd aanzienlijk zijn – en zich in snel tempo blijven ontwikkelen. Zorgelijke ontwikkelingen, die roepen om actie.

Digitale veiligheid is een topprioriteit van dit kabinet. In het regeerakkoord is dan ook een structurele investering uitgetrokken van (jaarlijks) 95 miljoen euro. Wat er de komende jaren moet gebeuren om Nederland digitaal veilig te maken en te houden, is vastgelegd in de dit voorjaar gepresenteerde NCSA. Met een aantal maatregelen uit deze agenda gaan JenV (als coördinerend ministerie) en partners, onder regie van de NCTV, in 2019 al concreet aan de slag:

  • Versterking van het Nationaal Cyber Security Centrum als Computer Emergency Response Team (CERT) voor de Rijksoverheid en de vitale infrastructuur.
  • De NCTV gaat rondetafelgesprekken organiseren om te komen tot een visie voor een landelijk dekkend stelsel van cybersecurity-samenwerkingsverbanden voor overheden, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. Dit stelsel moet een snelle informatie-uitwisseling mogelijk maken over recente, ernstige cyberdreigingen en over effectieve maatregelen die de deelnemende partijen kunnen nemen.
  • De vorming van dit soort cybersecurity-samenwerkingsverbanden wordt gestimuleerd en – waar nodig – ondersteund.
  • Verder streven JenV en partners naar een certificeringsstelsel voor dienstverleners op het gebied van cybersecurity, bij wie private partijen veilig diensten kunnen afnemen.
  • In EU-verband werkt Nederland mee aan de (verdere) uitwerking van het pakket maatregelen om de cybersecurity binnen Europa te versterken.

De aanpak van cybercrime, zoals digitale vormen van diefstal, afpersing en fraude, het platleggen van websites, bedrijfsspionage en illegale handel op het darkweb, wordt in 2019 eveneens versterkt. Ook hier is de laatste jaren steeds meer sprake van een integrale werkwijze, in goede samenwerking met bedrijven, burgers en maatschappelijke organisaties. Dit heeft geleid tot een breed palet aan mogelijke acties, waarbij per geval gericht wordt bekeken welke actie (of combinatie van acties) het criminele verdienmodel het effectiefst treft.

In 2019 gaan JenV en partners concreet aan de slag met de uitwerking van deze integrale aanpak, die over vier sporen loopt:

  • Preventie: onder meer door voorlichting over de risico’s die burgers en ondernemingen lopen en over de maatregelen die zij zelf kunnen nemen om zich beter tegen cyberdelicten te beschermen
  • Versterking van de opsporing: niet alleen door te zorgen voor voldoende capaciteit en specifieke kennis bij de politie (Team High Tech Crime bij de Landelijke Eenheid; regionale cybercrimeteams) en het OM (gespecialiseerde capaciteit bij het Landelijk Parket en de regionale parketten); maar ook door de invoering van de Wet Computercriminaliteit III, die politie en OM ruimere mogelijkheden biedt om cybercrime te bestrijden. Voor de uitvoering van deze wet, die naar verwachting in 2019 in werking zal treden, is structureel 10 miljoen euro extra beschikbaar.
  • Ondersteuning van slachtoffers van cybercrime: door slachtoffers snel te informeren en hen te helpen de juiste maatregelen te nemen, wordt de criminele activiteit verstoord en kan de schade (ook voor anderen) worden beperkt. Vereenvoudiging van het aangifteproces, bijvoorbeeld door voor bepaalde vormen van cybercrime digitale aangifte mogelijk te maken, moet de drempel voor slachtoffers om aangifte te doen verlagen.
  • Wetenschappelijk onderzoek: via een breed wetenschappelijk onderzoeksprogramma wil JenV meer te weten komen over daderschap en slachtofferschap van veel voorkomende vormen van cybercrime.

Meer weten?

Experiment gesloten coffeeshopketen van start

Als de benodigde wet- en regelgeving door de Tweede en Eerste Kamer zijn goedgekeurd, gaat in 2019 een kleinschalig experiment van start met het telen van cannabis voor recreatief gebruik.

Dit experiment, dat vier jaar zal duren, heeft tot doel te onderzoeken of het mogelijk is om een “gesloten coffeeshopketen” te creëren. Een keten waarin telers die over een speciale vergunning beschikken op kwaliteit gecontroleerde cannabis, zonder inmenging van criminelen, mogen leveren aan coffeeshops. Bij de voorbereiding en uitvoering van dit experiment zijn tal van partijen betrokken: volksgezondheid, voedsel en waren, justitie, lokaal bestuur, de juridische wetenschap, de coffeeshopbranche en klanten van de coffeeshops. Ook vindt er een zorgvuldige monitoring en evaluatie van het experiment plaats. Het experiment, dat voor een belangrijk deel is gebaseerd op het onafhankelijke advies van de commissie-Knottnerus, zal vier jaar duren.

Meer weten?

Intensivering strijd tegen mensenhandel

De strijd tegen mensenhandel, een buitengewoon ernstige vorm van georganiseerde criminaliteit, wordt versterkt. Nog dit najaar zal een integraal Plan van Aanpak Mensenhandel, met bijdragen van de ministeries van JenV, VWS, SZW en BZ, aan de Tweede Kamer worden aangeboden.

Bij mensenhandel gaat het om allerlei vormen van gedwongen arbeid en uitbuiting, waarbij mensen worden beroofd van hun persoonlijke vrijheid. Omdat het om een breed scala aan delicten gaat, is een brede, integrale benadering geboden. Deze benadering loopt van preventie, via een effectieve aanpak van daders tot een goede bescherming, opvang en ondersteuning van de slachtoffers. Er zijn dan ook tal van partners – centraal en decentraal; van binnen én buiten JenV – bij betrokken.

Het Plan van Aanpak Mensenhandel zal maatregelen en activiteiten bevatten voor de gehele kabinetsperiode. Een greep uit de verwachte maatregelen:

  • In belangrijke bronlanden van mensenhandel komen vaste Nederlandse politieliaisons te werken, om de informatie-uitwisseling te verbeteren en de internationale opsporing te intensiveren.
  • Gemeenten en politie krijgen de beschikking over effectieve mogelijkheden om signalen van mensenhandel vroegtijdig te herkennen, mensenhandel – waar mogelijk – te voorkomen en te bestrijden.
  • De behandeling van het initiatiefwetsvoorstel Strafbaarstelling misbruik prostituees die slachtoffer zijn van mensenhandel wordt voortgezet.
  • De regionale Prostitutie Controle Teams gaan de prostitutiebranche controleren op vormen van uitbuiting en andere misstanden die (kunnen) duiden op mensenhandel.
  • Gemeenten gaan beleid op maat ontwikkelen, om de regionale aanpak van mensenhandel te borgen.
  • Er komt een landelijk dekkend netwerk van zorgcoördinatoren, die de belangen van slachtoffers van mensenhandel behartigen en een samenhangend aanbod van hulp en ondersteuning voor de slachtoffers kunnen organiseren.
  • Ook komt er een landelijk dekkend netwerk van uitstapprogramma’s voor mensen die niet langer in de prostitutiewereld willen werken. Daartoe stelt JenV vanaf 2019 structureel geld beschikbaar (jaarlijks 1,5 miljoen euro).

Over Frank van Summeren

Congres- en opleidingsmanager veiligheid bij het Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid.

Bekijk ook

Nieuwe werkwijze arbeidsongevallen zorgt voor meer veiligheidsbewustzijn bij bedrijven

84 procent van de bedrijven waar een arbeidsongeval is gebeurd, voert alle maatregelen die in …

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *