Aan het woord zijn acht experts
Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen op het terrein van openbare orde en veiligheid? En nog belangrijker wat betekent dit voor u en uw organisatie?
De rol van het OM in crisistijd
“Afgelopen jaren is het Openbaar Ministerie (OM) zich steeds meer bewust geworden van hun rol met betrekking tot de in- en externe Crisisbeheersing. Met name vanaf 2006 heeft de ontwikkeling van de in- en externe Crisisorganisatie een vlucht genomen. Het inrichten van de in- externe Crisisorganisatie OM heeft dan ook een grote rol gespeeld voor wat betreft de implementatie van de organisatie en het vinden van aansluiting bij de Veiligheidsregio’s.”
“Zo werd medio 2006 invulling gegeven aan het Handboek Crisisbeheersing OM. Er werd toen veel aandacht besteed aan o.a. het Actiecentrum OM. Ook werd in kaart gebracht aan welke gremia het OM zou moeten deelnemen op het gebied van crisisbeheersing. Er werden plannen gemaakt om het OM te laten deelnemen aan het (regionaal) Operationeel Team en (Regionaal) Beleidsteam, hetgeen inmiddels in diverse Veiligheidsregio’s geïmplementeerd is. In de oude Wet op de Rampen en Zware Ongevallen werd het OM in het geheel niet genoemd. Binnen de huidige Wet op de Veiligheidsregio’s is daar verandering in gekomen. Hierin staat onder andere in genoemd dat de voorzitter van de Veiligheidsregio de hoofdofficier van justitie informeert over crises en rampen. Maar deze wet biedt ook de mogelijkheid voor het OM om aansluiting te krijgen bij het (Regionaal) Beleidsteam. Vanaf 2006 is er hard gewerkt om aansluiting te krijgen bij de Veiligheidsregio’s en is het OM aan de slag gegaan om zowel de interne als de externe crisisorganisatie op te bouwen. Voor de komende jaren is het dan ook van belang dat de ketenpartners bekend zijn (en blijven) met de taken en bevoegdheden en de rol van het OM in de Crisisbeheersing.”
Peter Adriaens MCPM, beleidsadviseur crisismanagement bij het Openbaar Ministerie, richt zich op crisismanagement en het bewaken en beveiligen van (bedreigde) personen, objecten en diensten
Aanpak van problematische jeugdgroepen
“De aanpak van problematische jeugdgroepen blijft voor het Ministerie van Veiligheid en Justitie een absolute topprioriteit. Slagen we er in deze groepen effectief aan te pakken, dan slaan we een belangrijke slag bij het terugdringen van de jeugdcriminaliteit. Immers, liefst driekwart van alle jeugdcriminaliteit in Nederland wordt gepleegd in groepsverband. En daarbij gaat het niet om de geringste criminaliteit, maar vaak juist om delicten die een grote impact hebben op de slachtoffers, zoals gewelddadige straatroof, of overvallen op winkels en woningen.”
“Alle reden dus voor gemeenten, openbaar ministerie en politie om een effectieve integrale aanpak tot stand te brengen. Hoe is hierbij de rolverdeling tussen de partners die samen die aanpak willen realiseren? Op welke manier wordt de uitvoering en het realiseren van de doelstelling gevolgd? Uitdagende vragen die aan de orde zijn om een succesvolle aanpak te realiseren.”
Ino Kalker en Debbie Bruijn, regiocoördinatoren Actieprogramma problematische jeugdgroepen bij het Ministerie van Veiligheid en Justitie, ondersteunen en adviseren gemeenten bij de aanpak van problematische jeugdgroepen
Vroegsignalering en nazorg van risicojeugd
“De belangrijkste ontwikkeling op het gebied van de jeugdveiligheid is naast het aanpakken van criminele jeugdgroepen, de nadruk op vroegsignaleren en nazorg. Alle wetenschappelijke onderszoeksresultaten wijzen op de grote meerwaarde van er ‘vroeg bij zijn’, maar in de uitvoeringspraktijk blijkt vroegsignaliseren nog niet zo makkelijk. Denk daarbij onder andere over morele dilemma’s als ‘hoe vroeg moet je zijn en wanneer was je kennelijk te laat’. Daarnaast wordt de komende tijd meer werk gemaakt van nazorg om te voorkomen dat jongeren die hun straf hebben gehad terugvallen in hun oude leven en bijdragen aan de nog altijd hoge recidivecijfers.”
Eric Bervoets, criminoloog en bestuurskundig onderzoeker, voormalig docent aan de Politieacademie, gepromoveerd op een onderzoek naar de politiële aanpak van Marokkaanse jongeren, publiceerde het boek ‘Vlindermessen en djonko’s’, over de criminele activiteiten van een jeugdgroep in Amsterdam
Nieuwe wet bibob in werking
“Met de huidige Wet Bibob kunnen overheden de achtergrond van een bedrijf of persoon onderzoeken voordat een vergunning of een subsidie wordt gegeven of een overheidsopdracht wordt gegund. De vergunning, subsidie of opdracht kan worden geweigerd als blijkt dat er sprake is van criminele antecedenten of onduidelijke financiële constructies. Zo wordt voorkomen dat de overheid ongewild criminaliteit ondersteunt en dat er een vermenging van boven- en onderwereld ontstaat. Bij het onderzoek naar de achtergrond van een bedrijf of persoon kan de gemeente hulp vragen aan het Landelijk Bureau Bibob, dat een advies uitbrengt.”
“De Bibob-wetgeving geldt alleen voor bepaalde branches en activiteiten: bij horeca-, bouw-, afval- en transportvergunningen, in de transportbranche, bij woningbouwcorporaties, coffeeshops, bordelen en smart- en growshops. Voor aanbestedingen geldt de Wet Bibob in de branches bouw, milieu en ICT. Na de uitbreiding komen daar het exploiteren van speelautomaten, het importeren van vuurwerk, headshops en vastgoedtransacties met een overheid (als civiele partij) bij.”
“Met een aantal verbeteringen en aanpassingen wordt de wet Bibob voor gemeenten eenvoudiger te hanteren. Ook wordt de rechtsbescherming van bedrijven en personen verbeterd. Bestuursorganen en rechtspersonen met een overheidstaak kunnen rechtstreeks justitiële en strafvorderlijke gegevens van betrokkenen ontvangen ten behoeve van beslissingen in de BIBOB-sectoren. Bestuursorganen en rechtspersonen met een overheidstaak kunnen bij het Bureau Bibob opvragen of eerder over bedrijven of personen een Bibob-onderzoek is ingesteld. De RIEC’s (Regionale Informatie en Expertisecentra) kunnen inzage krijgen in de Bibob-dossiers en daarmee gemeenten ondersteuning bieden bij de toepassing van de Wet Bibob. De termijn voor het landelijk Bureau BIBOB om een advies te geven wordt verlengd van vier naar acht weken, met een verlengingsmogelijkheid van vier weken. De externe commissies bezwaar en beroep van gemeenten krijgen de mogelijkheid een afschrift het Bibob-advies van het landelijk Bureau Bibob te ontvangen. Wie bezwaar maakt tegen een weigering van een vergunning, subsidie of opdracht, krijgt recht op een afschrift van het advies van het landelijk Bureau Bibob.”
Hein Maas, juridisch en beleidsadviseur voor (lokale) overheden en voormalig projectleider Bibob bij het RIEC Zuidoost Brabant, begeleidt en adviseert justitie, politie en gemeenten bij de bestuurlijke aanpak van georganiseerde misdaad
Informatie gestuurd werken binnen openbare orde en veiligheid
“Samen werken aan veiligheid. Samenwerken vanuit verschillende disciplines en met verschillende doelstellingen. Hoe brengt de veiligheidsregisseur alle ketenpartners bij elkaar? Waar zit de gezamenlijkheid en hoe ziet het samen eruit? Is de regisseur in staat om doelgericht te sturen op incidenten, signalen of ontwikkelingen? Heeft de regisseur zicht op relevante bronnen en is bekend welke informatie bij iedere bron beschikbaar en bruikbaar is? Gemeentelijke bronnen maar ook informatie van de verschillende partners stelt de regisseur in staat om beter te sturen. Zicht krijgen en hebben op informatiestromen versterkt de rol van de veiligheidsregisseur. Door het direct beschikbaar hebben van alle actuele informatie kan effectiever en efficiënter worden gestuurd.”
Doetse Huizinga, zelfstandig adviseur veiligheid en voormalig docent op de Politieacademie, adviseert en begeleidt overheden bij het succesvol samenwerken in informatiesystemen en complexe omgevingen
Veiligheid in de wijk
“Sinds extramuralisering vanuit de overheid verplicht is, komen burgers met indicatie voor lichtere zorgzwaarten (ZZP’s 1 t/m 4) niet langer in aanmerking voor zorg in een (veilige) instelling. Deze ontkoppeling van wonen en zorg is al gaande en zal steeds meer gaan voorkomen. De gevolgen laten zich raden want, hoeveel makkelijker is het om in te breken in een woning waarvan de bewoner minder zelfredzaam of licht dementerend is of een verstandelijke handicap heeft. Is inbreken dan nog nodig, misschien is een babbeltruc al voldoende om bij deze mensen binnen te komen.”
“Zorginstellingen maken zich zorgen over deze ontwikkelingen en zoeken nieuwe samenwerkingsverbanden met gemeenten en woningcorporaties om de overgang van deze wetgeving zo goed mogelijk te laten verlopen. De vraag is wie in de wijk een oogje in het zeil houdt op deze mensen. Wie organiseert en regelt dat? En hoe? Wat kunnen we van wijkprofessionals en wijkbewoners verwachten als het gaat om goed nabuurschap? Is Burger Hulp Verlening de nieuwe standaard? Nieuwe wetgeving in de ‘care’ gaat uit van burgers in plaats van cliënten. Wat leren wij van externe impulsen en incidenten, welke verander- en veerkracht vereist dit van onze samenleving en welke nieuwe kijk op hulpverlening biedt ons dit?”
Lilian Tieman, programmaleider Veilig Samenleven en Wonen bij het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid, ondersteunt lokale professionals die zich bezighouden met de aanpak van criminaliteit en onveiligheid in gemeenten, wijken en buurten
Frannie Herder, projectleider burgerbetrokkenheid en buurtbemiddeling bij het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid, toonaangevend kenniscentrum dat instrumenten ontwikkelt en implementeert voor gemeenten om de veiligheid te vergroten
Meer weten?
Op de opleiding beleidsmedewerker Openbare Orde en Veiligheid leert u hoe u samen met uw veiligheidspartners komt tot een lokaal integraal veiligheidsbeleid voor uw gemeente.
Ook interessant voor u:
Op de opleiding coördinator nazorg ex-gedetineerden leert u hoe u komt tot een sluitende aanpak van ex-gedetineerden in uw gemeente.
Op de opleiding ketenregisseur risicojeugd leert u hoe u komt tot een integrale persoonsgerichte aanpak van risicojongeren.