De bestrijding van witwassen en het afpakken van crimineel vermogen wordt als essentieel gezien voor de aanpak van georganiseerde criminaliteit. De (gepercipieerde) dreiging van daders die grote sommen geld verdienen én uitgeven, is internationaal een belangrijke kracht achter antiwitwasbeleid.
De grote vraag: waar laten criminelen hun geld?
Ook misdaadgeld laat zijn sporen na. Zo brengen de complexiteit en omvang van bepaalde criminele activiteiten, zoals grootschalige internationale drugshandel of ondergronds bankieren, met zich mee dat daders soms wel iets van een criminele boekhouding bij moeten houden, simpelweg omdat ze niet alles kunnen onthouden. Daarnaast maken daders vaak op verschillende manieren gebruik van de reguliere economie, bijvoorbeeld via het bezitten of gebruiken van reguliere bedrijven, hetgeen altijd sporen nalaat. Toch is er niet alleen op macroniveau, maar ook in concrete zaken vaak geen volledig beeld van de inkomsten en de bezittingen van daders. In opsporingsonderzoeken wordt vaak wel beredeneerd dat er heel veel geld is verdiend, maar meestal wordt maar een (zeer) klein deel daarvan ook echt gelokaliseerd.
Luxe levenstijl en investeringen voor later
Er kunnen verschillende verklaringen zijn voor deze discrepantie. Het is mogelijk dat daders een substantieel deel van hun vermogen verborgen weten te houden voor de opsporing. Ook zou een deel van het gat kunnen worden verklaard door de kosten die met de criminele activiteiten gepaard gaan. Denk hierbij aan de kosten van mislukte transacties of allerlei betalingen aan relaties, bijvoorbeeld als zwijggeld of ten behoeve van de verzorging van familieleden tijdens detentie. Verder wordt er misschien veel meer dan gedacht uitgegeven aan onder meer uitgaan, dure kleding en ‘fast women and slow horses’, oftewel een luxe levenstijl. Het uitgeven van geld aan een extravagante levensstijl hangt mogelijk samen met de gevaren van het criminele zakendoen. Vanwege die gevaren hebben daders een korte tijdshorizon; ze zouden zich door een ‘hier-en-nu-oriëntatie’ niet richten op investeren maar op consumeren. In verschillende zaken uit de Monitor Georganiseerde Criminaliteit zien we echter dat uitbundige consumptie – uitgaven aan dure auto’s, boten, juwelen en vakanties – samen kan gaan met investeringen in onroerend goed en bedrijven. In die zaken zijn de criminele inkomsten groot genoeg om beide te financieren.
Meer weten?
Op de cursus Bestuurlijke aanpak van georganiseerde misdaad leert u hoe u voorkomt dat criminele organisaties zich vestigen in uw gemeente.
Op de opleiding opleiding bibob coördinator leert u hoe u de wet Bibob toepast in uw gemeente.
Op de cursus Informatie uitwisseling in de veiligheidsketen leert u hoe u informatie verzamelt, analyseert en uitwisselt in samenwerking met uw veiligheidspartners.