Door Cees Wildervanck, zelfstandig verkeerspsycholoog en docent op de opleiding beleidsmedewerker Verkeer en Vervoer.
Social media kunnen helpen bij het beïnvloeden van het gedrag van verkeersdeelnemers, maar net zoals dat geldt voor andere communicatiemiddelen staat of valt het succes met de inhoud van de boodschap en de context waarin die wordt gegeven. Tot nu toe gaat dat vaak mis, stelt verkeerspsycholoog Cees Wildervanck. Bewezen gedragswetenschappelijke inzichten worden te weinig gebruikt, waardoor de boodschappen hun doel voorbij schieten.
Gewoontegedrag
Je moet van goeden huize komen als je in het verkeer het gedrag van mensen wilt veranderen. In het verkeer is er altijd sprake van gewoontegedrag. Het is per definitie lastig om dat te veranderen. Het wordt helemaal moeilijk als je ook nog eens de verkeerde methoden gebruikt. Als je gedrag wilt veranderen, werkt het niet om het ongewenste gedrag te laten zien. Daarmee stimuleer je juist dat verkeerde gedrag. Ook zijn er sterke aanwijzingen voor dat als je met een grappig bedoelde boodschap gecompliceerd gedrag wilt veranderen, mensen het grapje onthouden, maar de boodschap vergeten.
Geen wasmiddel
Als voorbeeld van wat wel werkt wordt verwezen naar een experiment dat onlangs in Amsterdam is uitgevoerd om het aantal doorroodfietsers te verminderen door ze teksten te laten lezen. Het bleek dat door de tekst met ‘wacht op groen’ met opgeheven duimen het aantal doorroodfietsers afnam van 67 tot 38%, terwijl de mededeling dat het niet verstandig is door rood te rijden amper effect sorteerde.
Er wordt te gemakkelijk gedacht dat het mogelijk is de principes van commerciële reclame te vertalen naar overheidscommunicatie. Gewenst gedrag verkopen is iets anders dan het aan de man brengen van een wasmiddel. Bij het aanprijzen van commerciële producten schuilt de kracht in de herhaling en simpele boodschappen. Als je mensen erop wilt wijzen dat ze niet iedere dag met de auto naar hun werk moeten gaan, is dat niet voldoende. Het is heel mooi om te zeggen dat je met het OV moet, maar wie brengt de kinderen dan weg? Je kunt niet volstaan met een simpele boodschap.
Er wordt ook maar heel weinig gebruik gemaakt van de mogelijkheden om gedrag te beïnvloeden door stimuli in te zetten die je kunt zien of waarnemen, maar waarvan je niet bewust bent dat ze invloed hebben op het gedrag. In een file wil je bijvoorbeeld graag dat mensen geen agressief gedrag gaan vertonen. Met woorden en beelden die je langs de kant van de weg laat zien, zou je mensen in een andere stemming kunnen brengen, zodat ze rustiger blijven.
Sociaal dilemma
In het algemeen zie je dat er heel veel kennis beschikbaar is, maar dat die niet wordt gebruikt. Er worden regelmatig maatregelen genomen waarvan je op basis van eerdere ervaringen vooraf kunt weten dat het niet werkt. Kijkfiles bijvoorbeeld. Dat is een mooi voorbeeld van een sociaal dilemma. Iedereen gaat langzaam rijden om te kijken wat er aan de andere kant is gebeurd, dus waarom zou ik dan als enige doorrijden. Je moet niet de illusie hebben er iets aan te doen, tenzij je het kijken fysiek onmogelijk maakt. Toch is er eerst geprobeerd het met een campagne aan te pakken, zonder enig effect. Dat kán ook niet werken.
Inzet van social media om verkeersveiligheid te bevorderen
Als het gaat om het bevorderen van de verkeersveiligheid, geldt dat in de ogen van Cees Wildervanck ook voor het gebruik van social media. Sowieso geldt al dat communicatie slechts een van de middelen is om gewenst gedrag uit te lokken, naast handhaving en ‘harde’ infrastructurele maatregelen.
Communicatie is belangrijk, maar je moet je goed realiseren dat je daarmee maar één schakel te pakken hebt. Social media zijn op hun beurt weer niet meer dan één van de instrumenten voor die communicatie. Ik kan mij voorstellen dat het een middel is om jongeren aan te spreken, al moet je je daarbij wel realiseren dat jongeren selectief zijn in wat ze oppikken. Dat maakt het lastig de boodschap over te brengen, zeker als het gaat om een niet interessant onderwerp als verkeersveiligheid.
Vervoersgedrag
Voor de keuze van vervoerswijzen ziet Cees Wildervanck meer perspectief. ‘Doorstroming en je snel kunnen verplaatsen zijn voor mensen belangrijker dan veiligheid’, stelt hij vast. ‘Mensen gaan vaak zelf op zoek naar informatie over problemen die zij onderweg kunnen tegenkomen, terwijl dat met verkeersveiligheid niet snel het geval zal zijn. Omdat mensen actiever op zoek gaan, staan ze meer open voor de informatie die wordt aangereikt.’
‘Het kan nog wel veel beter. Bijvoorbeeld in het openbaar vervoer is de informatievoorziening naar de reiziger vaak onder de maat. Terwijl de juistheid van de informatie essentieel is, zie je al te vaak dat het daar aan schort. Dan voel je je als reiziger én personeel in de steek gelaten. Vooral NS is buitengewoon slecht in de externe communicatie. Zij misbruiken communicatie keer op keer om eigen falen te verkopen. Dat is dodelijk voor het imago.’
De mate waarin het gedrag van mensen valt te beïnvloeden hangt vooral af van de vraag of zij zelf op zoek zijn naar alternatieven, concludeert Cees Wildervanck: ‘Dat is bij verkeersgedrag vrijwel nooit het geval. Bij vervoersgedrag gaan mensen uit eigen belang op zoek naar informatie. Ook dan blijft het lastig om gewoontegedrag te veranderen, maar dan heb je in ieder geval een ingang. Je hebt de beste mogelijkheden om iets te bereiken door over een goed product op het juiste moment – bijvoorbeeld bij een verhuizing – perfecte informatie aan te bieden.’
Meer weten?
Op de opleiding beleidsmedewerker Verkeer en Vervoer leert u van Cees Wildervanck, hoe u de verkeersveiligheid in uw gemeente kunt bevorderen.