Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker……….

Zowel in het Primair onderwijs als in het Voortgezet onderwijs zijn grote veranderingen aanstaande waar het de financiering betreft. LUMPSUM-bekostiging wordt eindelijk eenvoudiger. In het huidige systeem zijn er tientallen indicatoren die de hoogte van de bekostiging per leerling bepalen. Vaak onbegrijpelijke verschillen bepalen voor een groot deel de vergoeding die een school krijgt voor het geven van onderwijs. De grootte van een school (hoe groter een school, hoe minder geld per kind), de samenstelling van de soorten onderwijs in een school, het al dan niet zelfstandig ingeschreven zijn als school, etc. Deze verschillen kunnen daardoor leiden tot perverse prikkels die samenwerking met andere scholen in de weg staan. Keuzes die gemaakt worden om financiële redenen in plaats van op basis van onderwijskundige argumenten.

De financiering wordt eenvoudiger

Eerst in het Voortgezet onderwijs en daarna ook in het Primair onderwijs wordt de financiering van het Onderwijs een stuk eenvoudiger.  Het voorstel voor het voortgezet onderwijs laat zien: Eén prijs per leerling waarbij voorbereidend beroepsonderwijs en praktijkonderwijs een hogere bijdrage per kind kent dan algemeen vormend onderwijs.  Daarnaast een vaste prijs per vestiging met een onderscheid tussen de hoofdvestiging en eventuele nevenvestigingen. Het onderwijs aan alle kinderen wordt hiermee niet alleen eenvoudiger maar ook veel eerlijker.

Ga uit van de strategie van een school

De Onderwijsraad ondersteunt deze voorstellen van de minister maar geeft ook nog een zeer belangrijke aanbeveling mee: maak het budgetteringsproces beleidsrijk. Oftewel, ga veel meer uit van de strategie van een school, bepaal de belangrijkste doelen en ga de budgetten van de school daaraan koppelen. Lumpsum is van oudsher altijd input gericht geweest. Het besteden van het geld zou volgens de Onderwijsraad veel meer afhankelijk moeten worden van de plannen van de school, de kwaliteit van het onderwijs, de ontwikkeling van leermethoden en de motivatie van de docenten en onderwijsondersteuners. Daarover zou vaker het gesprek moeten worden aangegaan met medezeggenschapsraad, raad van toezicht, de ouders, leerlingen en studenten. Deze horizontale verantwoording moet een veel belangrijker rol gaan spelen en het verticale toezicht van de Onderwijsinspectie kan daardoor meer op afstand komen.

De planning en control cyclus van scholen zal hierdoor veranderen. Naast de teldatum voor het aantal leerlingen zal het beleid van de school bepalend gaan zijn voor de besteding van de middelen. De allocatie van het geld zal gebaseerd worden op de te behalen concrete doelen en het toezicht op het behalen van de doelen zal veel dichter bij de organisatie worden vastgesteld door de belangrijkste stakeholders van het onderwijs: kinderen en ouders.

Ik kan niet wachten tot dit allemaal wordt ingevoerd. Eenvoudiger kan ook best leuker zijn.

Geschreven door Hinrich Slobbe, directeur van WizFiz en al meer dan 25 jaar ervaren met financiën binnen het onderwijs. Hinrich is tevens hoofddocent van de Cursus Financieel management voor non-financials in het onderwijs.

Over sbo

Het Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid (SBO) organiseert jaarlijks zo’n 200 opleidingen en congressen over o.a. onderwijs, veiligheid, milieu & RO, zorg, bouw & infra en overheid.

Bekijk ook

Hoe draagt AI bij aan het leren van studenten én docenten?

Waarom verwachten we dat studenten zelf in staat zijn om leren te reguleren, terwijl we …

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *