Mondelinge examens vormen een uitdaging voor zowel de kandidaat als de examinator. Leerlingen vinden het vaak een stressvolle ervaring terwijl docenten slechts kort de tijd hebben om tot hun beoordeling te komen.
Toch kan mondelinge examinering zeer waardevol zijn. Voor sommige vakken, zoals vreemde talen, is het de enige manier om vast te stellen of een kandidaat de materie werkelijk beheerst. Maar ook bij andere onderwerpen is een gesprek zeer effectief om het inzicht van een kandidaat te peilen. Een student die alles van buiten leert zonder de inhoud echt te begrijpen, valt tijdens een mondeling examen door de mand.
Gelijke monniken, gelijke kappen
De grootste uitdaging voor examinatoren is echter het maken van een objectieve beoordeling. Een handige leerling zal proberen het gesprek in een bepaalde richting te sturen. Voor een docent kan het lastig zijn om niet afgeleid te worden door andere factoren zoals de kleding, de taalvaardigheid, of het eerdere gedrag van een leerling. Omdat iedere kandidaat individueel geëxamineerd wordt, is het moeilijk om de vergelijkbaarheid tussen studenten te garanderen. Hierdoor is er vaak een groot verschil tussen de onderlinge evaluatie van docenten.
Dit kan vervelende consequenties hebben. Zo hebben Belgische universiteiten in de laatste tien jaar 15 procent minder mondelinge examens afgenomen. Het groeiend aantal leerlingen is een oorzaak, maar instellingen geven ook aan bang te zijn voor klachten en rechtszaken tegen examinatoren die hun oordeel niet goed kunnen beargumenteren.
Wat kunt u doen?
Er is echter een aantal dingen die u, als examinator, kan doen om dit te ondervangen:
- Schrijf alle examenvragen uit: u kunt ze wellicht niet allemaal behandelen, maar achteraf is het wel duidelijk wat uw kandidaten hadden kunnen verwachten en dat u consistent bent geweest in uw vragen;
- Bereid een antwoordmodel voor dat u kunt gebruiken tijdens de toets;
- Maak aantekeningen: noteer de bijvragen en antwoorden zodat hier later naar kan worden teruggegrepen;
- Voorkom onduidelijkheid bij de kandidaat: geef aan of bijvragen worden gesteld ter verduidelijking van het antwoord of om te peilen naar het inzicht. Laat de kandidaat weten of er naast inhoudelijke criteria nog andere elementen, zoals verzorgd taalgebruik of de opbouw van het antwoord, meewegen in de beoordeling.
- Overleg met uw collega’s voor, tijdens, en na de examens.
Geschreven door: Thomas Kleinveld