Prinsjesdag: 10 belangrijkste consequenties sociale domein

De regering wil van verzorgingsstaat naar “participatiesamenleving”. Het sociale domein wordt hiervoor drastisch gereorganiseerd. SBO zet voor u de 10 belangrijkste ontwikkelingen binnen het sociale domein op een rij.

  1. Extra geld gemeenten voor Wmo en Jeugdzorg in 2014
    Gemeenten krijgen komend jaar een krappe 45 miljoen euro gericht op de voorbereiding van de nieuwe Wmo en de nieuwe Jeugdwet. Lees verder
  2. De verzorgingsstaat is dood, lang leve de participatiesamenleving!
    Er staan bijna een miljoen mensen aan de kant die wel willen of kunnen werken. Lees verder
  3. Lokaal binnenland wordt steeds belangrijker, decentralisaties staan centraal
    Het kabinet wil steeds meer taken van nationaal naar lokaal niveau verplaatsen. Lees verder
  4. Drastische hervormingen nodig in sociale zekerheid en zorg
    Uit de miljoenennota blijkt dat komend jaar de publieke zorguitgaven sterker stijgen. Lees verder
  5. Het kabinet investeert 600 miljoen om de werkloosheid te bestrijden
    Het arbeidsmarktbeleid wordt gericht op behoud van werkgelegenheid. Lees verder
  6. Actieplan scholing voor zorg- en ondersteuningprofessionals en toolkit mantelzorg voor de 1ste- en 2e lijnszorg
    Het Ministerie past met VNG de basisfuncties vrijwilligerswerk en mantelzorg aan. Lees verder
  7. Gefaseerde invoering huishoudentoeslag
    Door de invoering van de huishoudentoeslag gaat het kabinet de huidige toeslagen stroomlijnen en vereenvoudigen. Lees verder
  8. Miljoenennota stelt gemeenten niet gerust
    2014 is hét jaar voor de decentralisaties op het gebied van werk, zorg en jeugd. Lees verder
  9. Participatiewet en Sociaal Akkoord
    Per 1 januari 2015 gaat de nieuwe Particicpatiewet van kracht. Lees verder
  10. De laagste inkomens krijgen volgend jaar een eenmalige tegemoetkoming
    In de Miljoenennota 2014 staat vermeld dat gemeenten geld ontvangen voor een eenmalige uitkering aan de laagste inkomens. Lees verder

Wilt u uw kennis over de transities in het sociale domein actualiseren?

1. Extra geld gemeenten voor Wmo en Jeugdzorg in 2014

Gemeenten krijgen komend jaar een krappe 45 miljoen euro gericht op de voorbereiding van de nieuwe Wmo (wet maatschappelijke ondersteuning) en de nieuwe Jeugdwet. Nog deze maand zal duidelijk gaan worden of de persoonlijke verzorging onder de nieuwe Wmo komt te vallen of toch de verantwoordelijkheid van de zorgverzekeraars blijft.

Voor de uitvoering van de Wmo komt het bedrag van 37 miljoen bovenop de 47,6 miljoen die in 2012 en de 32 miljoen die dit jaar naar gemeenten zijn overgeheveld. Het extra geld voor 2014 wordt in de algemene uitkering van het gemeentefonds gestort.
In 2014 is voor de invoering van de decentralisatie Jeugdzorg in totaal 16 miljoen euro beschikbaar. Daarvan komt er 7,75 miljoen euro naar de gemeenten. Het overige deel van de reservering is beschikbaar voor provincies, onderzoek, congressen, het transitiebureau en andere ondersteunende activiteiten.
Wenst u meer informatie over de decentralisatie AWBZ-Wmo of Jeugdzorg? Krijg inzicht in alle wijzigingen, actualiteiten en consequenties voor uw praktijk binnen de opleidingen:

2. De verzorgingsstaat is dood, lang leve de participatiesamenleving!

In Nederland staan bijna een miljoen mensen aan de kant die wel willen of kunnen werken. Het kabinet introduceert de “participatiesamenleving” die in plaats komt van de verzorgingsstaat. Van iedereen die dat kan wordt gevraagd verantwoordelijkheid te nemen voor zijn of haar eigen omgeving. Dit betekent meer zelf doen en meer zelf betalen. Het duidelijkst is dit te merken in de langdurige zorg. Gehandicapten en chronisch zieken worden afhankelijker van hun gemeente. Nu zijn er nog landelijke financiële regelingen, maar die worden afgeschaft. Het gehalveerde budget wordt overgedragen naar gemeenten.
Meer weten?
Krijg dan inzicht in de grootste wijzigingen binnen de 5-daagse opleiding voor de gehandicaptenzorg (www.sbo.nl/gehandicaptenzorg) of de opleiding inzicht in de wereld van de AWBZ (www.sbo.nl/awbz).

3. Lokaal binnenland wordt steeds belangrijker, decentralisaties staan centraal

Het kabinet wil meer en meer taken van het nationale niveau naar het lokale niveau verplaatsen. Binnen het sociale domein staan de 3 decentralisaties: AWBZ-Wmo, Participatiewet en Jeugdzorg (Jeugdwet) dan ook centraal. In 2015 wordt de rol van gemeenten nog groter. Dan worden ze ook verantwoordelijk voor de jeugdzorg en ook voor de zorg van ouderen en gehandicapten, die nu nog min of meer zelfstandig wonen. De rode draad en dus het einddoel: “iedereen moet zo lang mogelijk zelfredzaam blijven en door een beroep op de eigen portemonnee en op mantelzorgers in eigen kring”. De overheid springt pas bij als de andere mogelijkheden zijn uitgeput.

Meer informatie over de drie decentralisaties? Bekijk hier het opleidingsaanbod over de transities in het sociale domein.

4. Drastische hervormingen nodig in sociale zekerheid en zorg

Uit de miljoenennota blijkt dat ook het komend jaar de publieke zorguitgaven weer sterker stijgen. Zelfs wanneer het in de komende jaren zou lukken om de groei van de publieke uitgaven in de zorg te beperken, bestaat nog steeds het gevaar dat dit niet voldoende is om te voorkomen dat deze uitgaven sterker groeien dan de economie. Daarom is volgens de Raad van State een “ingrijpender aanpak” nodig gericht op het beperken ban de publieke bijdrage aan de financiering van zorg. In de cure moet de publieke bijdrage in het kader van de zorgverzekeringswet worden begrensd in de care gaat het om een ingrijpender herijking van de publieke en private verantwoordelijkheden.

Meer informatie gewenst? Bezoek de studiedag Actualiteiten AWBZ-Wmo. Meer informatie vindt u op www.sbo.nl/awbzenwmo.

5. Het kabinet investeert 600 miljoen om de werkloosheid te bestrijden

Op korte termijn wordt het arbeidsmarktbeleid gericht op behoud van werkgelegenheid door middel van een extra stimulans en een sectorale aanpak. Het kabinet werkt samen met socialepartners aan een nieuwe balans tussen vast en flexibel en hervormingen van de WW en het ontslagrecht worden later ingevoerd.

In het sociaal akkoord is 600 miljoen euro beschikbaar gesteld voor deze sectorale plannen om de werkloosheid te bestrijden. Oplossingsrichtingen:

  • 125.000 extra banen voor mensen die niet meer in de Wajong of Wsw terecht kunnen
  • Meer oudere werklozen aan het werk
  • Aanpak jeugdwerkloosheid
  • Meer zekerheden voor flexmedewerkers
  • Sociaal werkgeverschap, een goede baan bij een goede werkgever (scholingsrecht en scholingsverplichting)

6. Actieplan scholing voor zorg- en ondersteuningprofessionals en toolkit mantelzorg voor de eerste- en tweedelijnszorg

Het Ministerie past samen met VNG de basisfuncties vrijwilligerswerk en mantelzorg aan aan de hervormingen langdurige zorg. Ook ontwikkelen zij een actieplan voor scholing van zorg- en ondersteuningsprofessionals en wordt er een toolkit mantelzorg opgeleverd voor de eerste- en tweedelijnszorg.

7. Gefaseerde invoering huishoudentoeslag

Door de invoering van de huishoudentoeslag gaat het kabinet de huidige toeslagen stroomlijnen en vereenvoudigen. Er komt één toeslag per huishouden waarin de huidige zorgtoeslag, kindgebonden budget, huurtoeslag en een ouderencomponent worden geïntegreerd, één toeslag per huishouden met één afbouwpercentage. Dit sluit beter aan bij de draagkracht van huishoudens, omdat het afbouwpercentage onafhankelijk is van het aantal toeslagen of het inkomen. Bij de huidige toeslagen heeft iedere toeslag afwijkende regels rond de afbouw. Dit is ingewikkeld, zeker bij mensen die verschillende toeslagen ontvangen waardoor het afbouwpercentagestapelt en de marginale druk hoog is. De huishoudentoeslag maakt dit eenvoudiger en transparanter. 

8. Miljoenennota stelt gemeenten niet gerust

2014 is hét jaar dat bepalend is voor de decentralisaties op het gebied van werk, zorg en jeugd. De bezuinigingsopgave voor gemeenten is enorm. Er dreigt een gat van ruim € 6 miljard in de begrotingen van gemeenten. Nieuwe taken op het gebied van werk, zorg en jeugd komen met miljarden minder budget naar gemeenten. Zonder voldoende beleidsruimte bij deze nieuwe taken blijven de doelen van de decentralisaties buiten bereik. Bovendien zullen gemeenten meer moeten bezuinigen dan verantwoord is, ook in het fysieke domein, en moeten schrappen in voorzieningen om de begroting rond te krijgen. Dat is zeer onwenselijk voor de economische kracht van Nederland. De VNG pleit daarom voor een vervolgonderzoek door het CPB naar de vraag of gemeenten voldoende beleidsruimte en instrumenten krijgen om de decentralisaties tot een succes te maken.

9. Participatiewet en Sociaal Akkoord

Per 1 januari 2015 gaat de nieuwe Particicpatiewet van kracht. Deze nieuwe wet heeft ingrijpende gevolgen voor het terrein van werk en inkomen voor gemeenten.

  • Op de 35 werkpleinen moeten regionale werkgevers en vakbondsbestuurders samen met de wethouders van betrokken gemeenten een regionaal arbeidsmarktbeleid tot stand brengen.
  • Daarnaast komen 35 Werkbedrijven, gevormd uit de huidige SW-bedrijven, die verantwoordelijk worden voor het aan het werk helpen van Wajongers en SW-geïndiceerden. Zij komen in dienst van het werkbedrijf en groeien door naar 120% van het wettelijk minimumloon.
  • Ook daarbij worden regionale ondernemers en wethouders ‘nauw betrokken’. Mensen die niet voor de Wajong in aanmerking komen, kunnen ook een beroep doen op het werkbedrijf. Ook zij komen in dienst van de gemeente, tegen een vergoeding op bijstandsniveau.
  • Het UWV, dat samen met CIZ wordt samengevoegd tot een nieuw rijksorgaan, wordt verantwoordelijk voor de keuring van de mate van arbeidsgeschiktheid en van de behoefte aan zorg en extra ondersteuning.
  • Gemeenten krijgen een gefixeerd budget voor het geheel, waarmee ze hun bijdrage aan het Werkbedrijf kunnen betalen.
  • In de landelijke ‘Werkkamer’ zullen sociale partners samen met de VNG in de komende maanden de werkwijze ontwikkelen voor de 35 werkpleinen en Werkbedrijven.

10. De laagste inkomens krijgen volgend jaar een eenmalige tegemoetkoming

In de Miljoenennota 2014 staat vermeld dat gemeenten geld ontvangen voor een eenmalige uitkering aan de laagste inkomens, tot 110 procent van het sociaal minimum. Deze burgers ontvangen volgend jaar een eenmalige uitkering van 100 euro. Daarnaast hebben gemeenten ook hun eigen armoedebeleid met aandacht voor de huishoudens die leven onder het sociaal minimum.

 

Over sbo

Het Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid (SBO) organiseert jaarlijks zo’n 200 opleidingen en congressen over o.a. onderwijs, veiligheid, milieu & RO, zorg, bouw & infra en overheid.

Bekijk ook

Veelgestelde vragen over de Omgevingswet van 1 januari 2024

De Omgevingswet is op 1 januari in werking getreden. De wet bundelt de regelgeving omtrent …

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *