De kans op een aanslag in Nederland blijft reëel. Het dreigingsniveau blijft staan op niveau 4, op een schaal van 5. Dat blijkt uit het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland van de NCTV. Er zijn op dit moment geen concrete aanwijzingen dat terroristen daadwerkelijk voorbereidingen treffen voor het plegen van een aanslag in Nederland. De grootste dreiging komt nog steeds uit jihadistische hoek. Hierbij is sprake van diverse actoren, van terroristische organisaties tot eenlingen, die zowel klein- als grootschalige aanslagen kunnen plegen. Ook terugkeerders uit Syrië en Irak zijn een potentieel risico voor de nationale veiligheid.
Ook de afgelopen periode is Europa getroffen door aanslagen. De jihadistische dreiging werd bevestigd door de aanslag op een kerstmarkt in Berlijn op 19 december. Op 22 maart pleegde een vermoedelijk door ISIS geïnspireerde man een aanslag bij het parlement in Londen. Wat in de ons omringende landen gebeurt, kan ook in Nederland gebeuren.
Jihadisme
Een belangrijk deel van de dreiging wordt bepaald door de externe aanslageenheid van ISIS. Deze eenheid heeft in Europa diverse personen tot zijn beschikking die aanslagen kunnen plegen. Ook andere jihadisten kunnen vanuit het buitenland eenlingen of kleine cellen aansturen en aanslagen laten uitvoeren. Door propaganda kunnen personen hier worden geïnspireerd tot gewelddadigheden.
Het innovatieve vermogen van ISIS is reden tot zorg. Leden van deze groep gebruiken in Syrië en Irak al drones met explosieven voor offensieve acties op het slagveld. Op ISIS-mediakanalen wordt deze modus operandi verheerlijkt. Hier kan een inspirerende werking van uitgaan op jihadisten in het Westen.
Al Qa’ida legt meer dan ISIS de nadruk op het plannen van grootschalige en complexe aanslagen in het Westen. De organisatie heeft sinds de aanslag op Charlie Hebdo geen grote geslaagde aanslag in of tegen het Westen gepleegd. Dat betekent niet dat de groep minder relevant is geworden. Ondanks de westerse inspanningen beheert al Qa’ida nog steeds een internationaal terroristisch netwerk. Het heeft de mankracht en middelen om grootschalige aanslagen te plegen.
Uitreizigers
In de afgelopen periode zijn er nauwelijks bevestigde gevallen van Nederlandse jihadisten die de strijdgebieden in Syrië en Irak wisten te bereiken. De voornaamste reden hiervoor is dat de aantrekkingskracht van ISIS is verminderd door recente militaire verliezen. Het aantal Nederlanders met jihadistische intenties in Syrië en Irak is circa 190. Het aantal terugkeerders staat op circa 50. Als ISIS op grote schaal verder terrein verliest in Syrië en Irak kan het aantal terugkeerders naar Europa toenemen, maar er zijn geen indicaties dat dit op korte termijn gebeurt. Bij iedere terugkeerder wordt ingeschat in hoeverre hij of zij een bedreiging vormt voor de nationale veiligheid.
Minderjarigen
Ook minderjarige uitreizigers kunnen bij terugkeer in Nederland een dreiging vormen. Zij worden geïndoctrineerd en zijn mogelijk bereid geweld te gebruiken. Dit kan risico’s opleveren voor de ontwikkeling van het kind en voor de Nederlandse samenleving. Naast het Dreigingsbeeld is ook de analyse ‘Minderjarigen bij ISIS’ van de AIVD en NCTV gepubliceerd, dit stuk gaat dieper in op dit fenomeen. Kinderen zijn in de 1e plaats te beschouwen als slachtoffer van ISIS. Daarom wordt bij terugkeer per minderjarige bekeken welke zorg, veiligheidsmaatregelen en interventies passend zijn. Dit is altijd maatwerk. Landelijke experts in radicalisering, jeugdhulp en psychotrauma en complexe trauma’s kunnen hierbij adviseren.
Links- en rechts-extremisme
Recent zijn voor het eerst in Nederland personen met een rechts-extremistische achtergrond veroordeeld voor terrorisme. Zij werden veroordeeld voor het gooien van een brandbom naar een moskee in Enschede in februari 2016. Hoewel er geen aanwijzingen voor zijn, blijft het voorstelbaar dat er meer aanslagen uit de rechts-extremistische hoek plaatsvinden.
Links-extremistische actievoerders blijven zich concentreren op het bestrijden van extreemrechts en haar aanhangers, het vermeende racisme in Nederland, en de vermeende repressie en geweld door autoriteiten. In de afgelopen periode was er ook sprake van een groeiende groep allochtone antiracisme-demonstranten die vaak gezamenlijk optrokken met de klassieke extreemlinkse actiegroepen.
Polarisatie
Het diplomatieke conflict tussen Turkije en Nederland over de komst van twee Turkse ministers voor campagneactiviteiten leidde in maart tot ernstige ongeregeldheden in Rotterdam. Bij veel Turkse Nederlanders was sprake van onbegrip en woede over de Nederlandse maatregelen. Het feit dat personen die ‘nee’ gaan stemmen bij het referendum door Turkse bewindslieden tot terroristen worden bestempeld, kan groepen Turkse Nederlanders in Nederland tegen elkaar op zetten. Hoewel de Nederlandse aanpak gericht is op de-escalatie, kunnen de gebeurtenissen op de langere termijn bij groepen Turkse Nederlanders leiden tot anti-Nederlandse opvattingen. Aan de andere kant kunnen ook anti-Turkse sentimenten toenemen.
Uw kennis verder vergroten?
Op het congres Radicalisering en terrorisme leert u hoe u misstanden veroorzaakt door (ideologische) radicaliserende groeperingen voorkomt.
Op de cursus Bestuurlijke aanpak van radicalisering en terrorisme leert u hoe u komt tot een integrale aanpak van (ideologische) radicaliserende groeperingen.