“U kunt echt niet zo slecht geweest zijn, als u nu zegt. U zal ook best wat goed gedaan hebben”, zeggen enkele kinderen van mijn groep acht. Ik heb het met hen over mijn voetbalcarrière tijdens mijn kindertijd op mijn VO-school en de aardige reacties van mijn toenmalige klasgenoten. “Ergens diep in u schuilt vast een Messi of een Ronaldo”, roept een leerling. Enkele anderen vermoeden dit ook. Met wat humor en serieusheid trachten mijn leerlingen mijn zelfbeeld wat op te krikken. Geen kind maakt een vervelende opmerking. Het voelt als een warm bad. Met mijn sociale veiligheid zit het wel goed in deze groep en ik hoop natuurlijk dat dit ook geldt voor alle leerlingen in deze groep.
Observatiepunt bij groepsbezoek door de anti-pestcoördinator
Het is mijns inziens zinvol, dat de anti-pestcoördinator minimaal één keer per jaar alle groepen bezoekt. Hoe gaan kinderen met elkaar om als er iets misgaat, of dat een leerling “iets” kwetsbaars vertelt? Lachen kinderen elkaar uit of laten ze mededogen, betrokkenheid en vriendelijkheid zien? Als de kinderen positieve verbondenheid laten zien, zal pesten niet veel kans hebben in de groep. Als kinderen elkaar uitlachen is er werk aan de winkel wat de sociale veiligheid betreft.
De sociale veiligheid in de groep
Als na een observatie, een afgenomen pesttest en gesprekken blijkt dat de sociale veiligheid verbetering behoeft, kan de anti-pestcoördinator verschillende dingen naast elkaar doen. Daarover later meer… of bekijk het volledige programma van de cursus Anti-pestcoördinator.
Dit blog is geschreven door Theo Klungers, hoofddocent van de cursus Anti-pestcoördinator. Lees ook zijn vorige blog over de rol van de Anti-pestcoördinator.