“45% van de Nederlandse bevolking heeft ooit te maken gehad met huiselijk geweld. In haast iedere groep zit dus wel iemand die het heeft meegemaakt. Als aandachtsfunctionaris in het onderwijs is het jouw taak om collega’s te begeleiden bij het correct handelen bij het vermoeden van huiselijk geweld, daarbij rekening houdend met hun eventuele eigen ervaringen”, zegt Bianca Kruijs. Bianca is ruim 20 jaar werkzaam als trainer op het gebied van huiselijk geweld. Ze vertelt hoe je collega’s begeleid om huiselijk geweld te herkennen en hoe je vervolgens adequaat handelt.
Onderzoek naar huiselijk geweld
Bianca: “Bijna de helft van de Nederlandse bevolking heeft ooit te maken gehad met huiselijk geweld. Dit neemt allerlei vormen aan, van partnergeweld tot kindermishandeling. In het onderwijs hebben we het over kindermishandeling. Jaarlijks worden er 120.000 kinderen mishandeld, waarvan er 50 overlijden aan de gevolgen: gemiddeld één kind per week. Het Verwey-Jonker Instituut volgde gezinnen die in beeld waren door huiselijk geweld. In 91% van de gevallen was er sprake van mishandeling, verwaarlozing en oudergeweld. Getuige zijn van oudergeweld is erg schadelijk voor kinderen. Op de korte termijn hebben kinderen hierdoor last van concentratie- of pestproblematiek en op de lange termijn zie je dat zij zelf ook geweld gebruiken in hun relatie, ziek of verslaafd raken of zelfs zelfmoord plegen”.
Rol van de aandachtsfunctionaris in het onderwijs
“Het onderwijs is de plaats bij uitstek waar huiselijk geweld gesignaleerd kan worden, zeker als kinderen leerplichtig zijn. Hoewel leerkrachten in de positie zitten om de signalen te herkennen, zien we dat de handelingsverlegenheid erg groot is. De aandachtsfunctionaris begeleidt leerkrachten bij het zorgvuldig handelen als er signalen van huiselijk geweld zijn. Zij adviseren hierbij over de te nemen stappen om met de signalen om te gaan, om zodoende handelingsverlegenheid te verlagen. Het doel is om kinderen de juiste hulp te bieden en het geweld in die gezinnen te stoppen”, zegt Bianca.
Signalen van de verschillende soorten huiselijk geweld
“De signalering van huiselijk geweld is afhankelijk van de eigen waarden en normen, maar ook de eigen ervaringen en het referentiekader van wat goed en fout is”, begint Bianca. Hierna stelt ze dat er vijf verschillende vormen van kindermishandeling zijn, met ieder eigen signalen, namelijk:
- Lichamelijke mishandeling, deze vorm is over het algemeen het makkelijkst te herkennen. Je denkt hierbij aan blauwe plekken of brandplekken aan de binnenkant van bovenarmen of benen. Deze plekken worden vaak geprobeerd te verbergen onder te grote kleren.
- Lichamelijke verwaarlozing, je denkt hierbij aan het onthouden van geschikt voedsel, kleding of medische zorg. De kinderen die er onverzorgd uit zien vallen vaak op, maar vergeet niet dat de kinderen die er verzorgt uitzien, misschien niet mogen verven of buitenspelen omdat hun ouder boos wordt als de kleding vies is.
- Psychische mishandeling, dit gaat om bang maken, bedreigen of onrealistische eisen stellen. Deze vorm van mishandeling wordt veel gezien in het onderwijs, met name in groep 7 en 8.
- Psychische verwaarlozing, deze vorm van verwaarlozing omvat het onthouden van liefde, warmte en aandacht, maar bijvoorbeeld ook structuur en regelmatige schoolgang.
- Seksueel misbruik, dit varieert van pornografisch materiaal laten zien tot verkrachting. Hierbij is het belangrijk om leeftijdsverschil in het oog te houden, een vierjarige die doktertje wil spelen is anders dan dat doen met een twaalfjarige. Zij zitten namelijk in een andere fase binnen hun seksuele ontwikkeling.
“Je ziet eigenlijk altijd een combinatie van verschillende vormen, maar als je kijkt naar de genoemde 120.000 gevallen van kindermishandeling, komt verwaarlozing het vaakst voor. Het gaat in driekwart van de gevallen om verwaarlozing. Dat is lastig te herkennen, zeker in deze tijd van toenemende armoede. Kinderen komen steeds vaker zonder eten of met kapotte kleding op school, maar ook psychische verwaarlozing neemt toe omdat de hoofden van ouders zo vol zitten met zorgen, dat ze minder aandacht hebben voor hun kinderen.”, zegt Bianca.
Stappenplan bij zorgen
“De rol van de aandachtsfunctionaris start bij het in kaart brengen van de signalen waar jullie op kunnen letten. Hierbij kijk je allereerst naar jullie eigen waarden en normen. Als er bepaalde zaken gesignaleerd worden waar jullie je zorgen over maken, want je spreekt in deze fase nog niet over kindermishandeling, bepaal wat je er dan mee kan doen. Als leerkracht handel je volgens de stappen in de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling”, vertelt Bianca. Dit zijn:
- Breng signalen in kaart, leg de signalen die jouw zorg bevestigen én vervolgstappen objectief en feitelijk vast in een dossier.
- Overleg met een deskundige collega of Veilig Thuis, bespreek de signalen met een collega of raadpleeg Veilig Thuis om de signalen te duiden.
- Praat met ouders en kind, bespreek je zorgen met ouders en het kind. Je ziet hier alleen van af als jouw veiligheid of die van het kind hierdoor in gevaar komen.
- Weeg het geweld, schat ernst en aard van de situatie in op basis van signalen en gesprekken.
- Beslis, schat jij in dat de situatie acuut of structureel onveilig is? Meld het bij Veilig Thuis en beslis samen welke hulp je kunt organiseren.
Bianca: “Leerkrachten kunnen wel op de hoogte zijn van de stappen, maar handelingsverlegenheid gooit soms alsnog roet in het eten. Hier komt de aandachtsfunctionaris om de hoek kijken: hoe kun je collega’s adviseren en ondersteunen bij het zorgvuldig bespreekbaar maken van signalen”.
Stel een implementatieplan op
De stappen van de Meldcode zijn overal hetzelfde, maar de invulling is overal anders. Het is de rol van de aandachtsfunctionaris om ervoor te zorgen dat het implementatieplan in de school aan de Meldcode en de wettelijke eisen voldoet. Daarnaast is het ook zijn of haar taak dat alle collega’s dit plan weten te vinden. Tijdens de opleiding Aandachtsfunctionaris Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in het onderwijs van SBO stel je een implementatieplan op, waardoor je na afloop terug op school komt met een compleet boekwerk om mee aan de slag te gaan. Wil jij meer weten over het programma van de opleiding? Vraag dan de brochure aan. Deze opleiding is ook op maat als Incompany-traject te volgen.