Participatie van burgers bij veiligheidsvraagstukken

Zoals sommige burgers vooroordelen hebben tegen bepaalde groepen, hebben sommige ambtenaren vooroordelen over participerende burgers. Vooroordelen zijn niet alleen verzinsels, noch van burgers noch van ambtenaren, de fenomenen die beschreven worden bestaan wel degelijk. De fout is dat de fouten aan groepen worden toegeschreven zonder dat hun gedrag daar toe aanleiding geeft. En net zoals vooroordelen van burgers alleen door voorlichting en begeleiding bestreden kan worden, is dat ook zo bij ambtenaren. Welke kwesties zijn een potentieel risico bij de participatie van burgers in veiligheid?

Lucien Stöpler, directeur van Justice in Practice en docent op de cursus Big Data in het veiligheidsdomein, gespecialiseerd in het gebruik van sociale media door veiligheidspartners.

Eigenrichting

Het risico op eigenrichting ziet er volgens Eric Bervoets ongeveer zo uit (Bervoets, 2016): deelnemen in het proces van veiligheid loopt over in het nabootsen van de politie, door met walkietalkies te surveilleren, een meldkamer in te richten voor burgermeldingen en je te gedragen alsof je extra bevoegdheden hebt (zoals het vragen naar een identiteitsbewijs). Er is een risico dat burgerwachten zelf niet weten wat wel en niet buiten de wetten en regels valt en zich richten op groepen die zij zelf als storend ervaren. Indien deze personen geen wetten of regels overtreden is er geen grond om op te treden en zitten de burgerwachten eigenlijk fout. Er is geen controle op deze burgers en het is moeilijk mensen aan te spreken die met de beste intenties werken maar soms doorslaan. Er is geen zicht op hoe vaak dit gebeurt en in welke context.

Foute deelnemers

Er bestaat zorg dat participatieprojecten ruimte geven aan deelnemers van projecten die eigenlijk boeven en dieven helpen. Vooral met operationele informatie “Verdachte sloeg rechtsaf op de Kruislaan” kunnen ze de groep saboteren. Als een groep ook preventief met elkaar communiceert over risico’s kunnen foute deelnemers andere groepsleden op het verkeerde been zetten. Bij een recente bijeenkomst waar iemand sprak die navraag had gedaan bij ruim 5000 app-groepen, werd bekend dat hiervan een geval bekend was.

Ethnic profiling en discriminatie

Een voorbeeld hiervan ondervond iemand die om deze reden lid werd van een app-groep. Hij wachtte bij het fietsenhok van een flat op een vriend en zag dat een vrouw naar hem keek en belde met iemand. Een paar seconden later kwam een agent op hem aflopen. De vriend arriveerde uit de flat en zij maakten zich op om te vertrekken, waarop de agent begrijpend zwaaide en zich omdraaide. De man – met een Arabisch uiterlijk – voelde zich onterecht behandeld. Iedereen heeft een profiel van een dader in zijn hoofd en blijkbaar zijn sommige groepen in de samenleving daar sterker in vertegenwoordigd dan anderen. Iemand kan die beelden niet bijstellen tenzij ze horen of hun melding wel of niet juist was. Een alternatief hierop is dat mensen worden aangemoedigd even te blijven kijken naar het gedrag alvorens het te melden. Om te zien of het onderbuikgevoel wel klopt. Uiteindelijk moet gedrag leidend zijn.

Wat leert ons deze voorbeelden?

Het is niet bekend hoe vaak deze problemen zich voordoen. Dat verschilt ongetwijfeld en er is geen onderzoek gedaan naar de context waarin deze problemen zich voordoen. Als beheerder van ruim 15 app-groepen momenteel kan ik deze problemen niet herkennen, echter. Dat kan betekenen dat het zeer weinig gebeurt en/of dat het alleen gebeurt als niet iemand als ik mee kijk.

Wat kun je er aan doen?

Al deze voorbeelden zijn een gevolg van grensoverschrijdend gedrag dat gemakkelijk gecorrigeerd kan worden door een gezaghebbende partner. Een gemeente of politie kan voorlichting geven aan deelnemers van participatieprojecten die mensen effectiever laat optreden en een aantal bekende fouten doet vermijden. Bovendien kan een gemeente monitoren hoe het in diverse projecten gaat door contactpersonen regelmatig te spreken of om online projecten te monitoren. Samen met Eurocommissaris Malmström zou ik willen zeggen dat veiligheid een ‘business’ is waar optimisme een plicht is. Het potentieel is groot maar de klachten en verongelijktheid voeren vaak de boventoon.

Boeven vangen

Wantrouwen tussen partijen die van elkaar afhankelijk zijn om gezamenlijke doelen te bereiken is verrassend groot. Deel van het probleem lijkt te zijn dat hetzelfde doel – veiligheid – een praktische en juridische beschrijving kennen die helemaal niet op elkaar lijken. ‘Boeven vangen’ staat niet in het wetboek van strafvordering – overigens in onbegrijpelijke taal geschreven – terwijl dat wel de voornaamste taak is van politie, die uitvoering geeft aan dat wetboek. En hoewel het proces van 112 bellen niet in dit wetboek beschreven staat, is bijna 9 van de 10 aanhoudingen het resultaat van een tip/telefoontje van een oplettende burger.

  • Meer weten over Big Data en Sociale Media in het veiligheidsdomein?
    Op de cursus Big Data in het veiligheidsdomein leer je van o.a. Lucien Stöpler hoe je aan de hand van Big Data en Sociale Media veiligheidsproblemen voorspelt en waar mogelijk voorkomt.
  • Meer weten over burgerparticipatie in het veiligheidsdomein?
    Bezoek dan de website, www.jipn.org. Heb een project waarbij Justice in Practice je kan helpen? Laat het ons weten en we nemen contact met je op. Mail: L.stopler@jipn.org

Over Frank van Summeren

Congres- en opleidingsmanager veiligheid bij het Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid.

Bekijk ook

Nieuwe werkwijze arbeidsongevallen zorgt voor meer veiligheidsbewustzijn bij bedrijven

84 procent van de bedrijven waar een arbeidsongeval is gebeurd, voert alle maatregelen die in …

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *